Waarom ben je Informatiekunde gaan studeren?

‘Omdat ik op het VWO het profiel Natuur & Techniek had gevolgd, was ik op zoek naar een technische opleiding of een bètaopleiding. Ik ging alle universiteiten af, maar veel studies waren me te technisch. Ik dacht even aan Communicatiewetenschappen, maar daar vond ik mezelf te weinig een alfatype voor. Toen stuitte ik op Informatiekunde en dit leek me de ideale mix tussen techniek en alfaonderwerpen. Op de open dag hield opleidingsdirecteur Jacobijn Sandberg een praatje over de psychische kant van hoe mensen met computers en technologie omgaan. Ik vond het erg interessant en ben in 2008 aan de bachelor begonnen.’

Was de bachelor inderdaad zo interessant als je verwachtte?

‘Zeker. Wel ontdekte ik al snel dat mijn interesse in een andere hoek lag dan ik dacht. Het eerste half jaar hadden we veel technische vakken. Ik had verwacht dat ik de bedrijfskundige kant het meest interessant zou vinden, maar ik ontdekte al snel dat juist deze technische vakken me erg lagen. Hierbij heb je controle over de uitkomst en kun je iets bouwen waar iemand anders wat aan heeft.’

Je bent tijdens de bachelor een eigen bedrijf gestart?

‘Inderdaad, in het eerste project van het semester in januari hadden we een vak waarbij we ons bezighielden met het berekenen van politieke data. Samen met een studiegenoot heb ik alles wat in de Tweede Kamer is gezegd vanaf 1946 verzameld en in gegevens omgezet. Met deze grote database konden we tot in detail analyseren wat door wie en wanneer was gezegd. Dit programma resulteerde in het bedrijf Political Mashup op. We hebben er regelmatig de media mee gehaald. Onze docent Maarten Marx vroeg of we er een baantje als studentassistent van wilden maken, en dat heb ik tot en met mijn master één dag per week gedaan. Dit heeft me ontzettend veel technische ervaring opgeleverd die ik niet had kunnen opdoen in de collegezalen.’

Wat vond je het leukste vak in de bachelor?

‘De klik kwam bij mij tijdens het vak Text mining, dat gaat over tekstanalyse. Samen met een studiegenoot begon ik met het ontwikkelen van software. We hebben onder meer een data-analyse gedaan voor het Joods Historisch Museum. Zij hadden een lijst met de ruim 300.000 Joodse oorlogsslachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, maar deze kwam niet overeen met de lijst van Westerbork. We hebben een programma geschreven dat keek of allerlei verschillende gegevens klopten, zoals geboortedatum en naam, zodat we de lijsten heel precies met elkaar konden vergelijken. Het was een morbide klus, maar tegelijkertijd heel constructief.’

Wat ben je na Political Mashup gaan doen?

‘Ik ben software engineer geworden bij Catawiki. Voor Political Mashup deed ik op een gegeven moment steeds hetzelfde trucje. Bovendien wilde ik graag werken in een bedrijf met veel verschillende mensen, omdat je van andere mensen altijd veel kunt leren. Ik ben graag de domste in een groep. Catawiki is een grote veilingwebsite - we richten ons op unieke producten. Zo hebben we eens een mammoetskelet verkocht, en de eerste Vespa. Ik ben verantwoordelijk voor de zoekmachine. Ik maak onder meer analyses over hoe je het zoeken sneller kunt laten verlopen.’

Wat heb je in de bachelor geleerd waar je in je huidige werk veel gebruik van maakt?

‘Ik heb veel over zoekmachines en text mining geleerd. Ook ben ik getraind in op een slimme manier data analyseren. Ik weet dat je eerst goed moet nadenken over hoe je iets op een nette manier aanpakt. Voordat je iets wil veranderen, moet je je afvragen: waarom is deze nieuwe manier beter? Hebben we daar bewijs voor? Aan de ene kant was de bachelor praktisch, aan de andere kant wetenschappelijk.'

Voor wie vind je Informatiekunde een geschikte studie?

‘Het is de ideale studie voor wie een brede interesse heeft. Het mooie vind ik dat het tussen veel onderwerpen in zit. Je leert over heel veel een beetje. Sommige mensen vinden dat een nadeel omdat ze graag dieper op bepaalde dingen ingaan, maar voor mij is het perfect. Ik praat veel en graag en heb geleerd op verschillende niveaus over mijn werk te praten. Ik kan de CEO van ons bedrijf vertellen wat ik doe, maar ook de technische mensen.’