Faculteit der Rechtsgeleerdheid
4 juli 2024
‘We vinden allemaal heel veel. Bij gewone mensen speelt dat een rol bij alles wat ze doen. Rechters moeten hun oordeel in principe vellen op basis van de zaak en het recht. Maar ze zijn geen machines: wat vinden ze leuk, slecht of mooi? De persoonlijke opvatting, ook wel bekend als een attitude in de sociale psychologie, van een rechter zou bijvoorbeeld een rol kunnen spelen bij de beoordeling of een verdachte diens rechtszaak in vrijheid kan afwachten (voorlopige hechtenis). Het lijkt misschien simpel, maar de persoonlijke opvatting van de rechter kan een verschil maken. Dat kwam ook in mijn interviews naar voren.’
‘Naast dat ik interviews heb afgenomen met 77 rechters over hun ideeën over de rol van persoonlijke opvattingen, heb ik ook rechters een fictieve zaak over een burenruzie voorgelegd. De helft van de rechters kreeg een versie van de casus te zien, waarbij de geluidsoverlast ook werd veroorzaakt door te bidden. Ik zag in de resultaten dat rechters die deze versie hadden gelezen een positiever beeld hadden van de verdedigende partij. Uit de literatuur blijkt ook dat religieuze mensen vaak gezien worden als attent en zorgzaam. Het positievere beeld had in mijn experiment uiteindelijk geen invloed op het oordeel van de rechters.’
We willen geen willekeur: gelijke monniken, gelijke kappen
‘Veel rechters denken vanuit hun ervaringen en percepties dat ze zich in ieder geval tot bepaalde hoogte wel los kunnen maken van hun persoonlijke opvattingen. Dat doen ze onder andere door te overleggen met collega’s, afstand van de zaak te nemen of mee te lezen met elkaars vonnis. Voor hun gevoel kunnen ze hun persoonlijke opvattingen dan loskoppelen van hun professionele oordeel. Een aantal omschreven het bijna als “een knop die je omzet”. Als dat inderdaad kan, betekent het mogelijk dat rechters zo zin opgeleid dat persoonlijke opvattingen los kunnen maken van hun werk. Dat is mogelijk voor andere beroepsgroepen, zoals politiemensen en artsen, ook interessant.’
‘De wet kan ervoor zorgen dat een persoonlijke opvatting voor de rechter als geneutraliseerd wordt ervaren. Sommige rechters benoemen dat ook en noemen het recht als een instrument om hun persoonlijke opvattingen los te maken van hun professionele beslissing. In de wet staat x, y, z en dan maakt het niet uit wat je zelf van iemand vindt. Het helpt de rechter om haar gedachten te filteren.’
‘We willen geen willekeur: gelijke monniken, gelijke kappen. Maar zo eenvoudig is het niet, want we willen ook een menselijke rechter die autonoom is en eigen beslissingen neemt. Dat staat weleens op gespannen voet met onpartijdigheid en elke zaak hetzelfde behandelen. Als universitair docent onderzoek ik de waarde van het menselijke aspect in rechterlijke besluitvorming. Er ligt nu veel focus op wat AI en digitalisering kan brengen, maar weinig op de toegevoegde waarde van het menselijke element.’