AI in het onderwijs: tussen belofte en realiteit
13 maart 2024
AI biedt veel mogelijkheden om het onderwijs te verbeteren en aan te passen aan de individuele behoeften van leerlingen. Zo zegt Maurice Schols dat het zou kunnen helpen bij adaptief leren: ‘AI kan zich aanpassen aan de specifieke behoeften van een leerling. Met een analytics tool kunnen we kijken waar de moeilijkheden in het leerproces zitten en daarop interventies afstemmen. Dat biedt nieuwe mogelijkheden voor gepersonaliseerd onderwijs en het tijdig aanpakken van leerproblemen.’
Ook Nicolette van Halem wijst op de positieve veranderingen die technologie in het klaslokaal teweegbrengt: ‘Technologische tools zoals smartboards, samenwerkings-apps en online leerplatforms bieden nieuwe mogelijkheden voor interactief leren. AI kan ook docenten helpen, bijvoorbeeld bij het voorbereiden van hun lessen.’
De integratie van AI in het onderwijs brengt niet alleen voordelen, maar ook uitdagingen met zich mee. Naast privacykwesties is ook het sociale aspect een zorg. ‘We zien nu al dat leerlingen enorm veel bezig zijn met hun tablet of mobiele telefoon, dat moet niet doorslaan’, zegt Schols. Hij benadrukt het belang van een balans tussen technologie en menselijke betrokkenheid. ‘We moeten ook blijven inzetten op de sociale ontwikkeling.’
Daarnaast zouden technologische tools zoals AI-toepassingen kunnen leiden tot meer stress en slechtere prestaties bij studenten. Van Halem wijst op zorgwekkende trends: 'De onderwijsprestaties nemen af en de stress van de leerlingen neemt toe. Hoe zich dat specifiek verhoudt tot de technologie kan ik niet met zekerheid zeggen, maar we moeten alert blijven voor de negatieve effecten op het welzijn en de prestaties van studenten.’
‘Veel digitale middelen uit het verleden leverden niet datgene op wat we voor ogen hadden’, zegt Schols. Net als bij eerdere innovaties zoals radio, televisie en computers is zorgvuldig onderzoek naar de impact en effectiviteit van AI-toepassingen essentieel voordat ze grootschalig worden ingevoerd. Van Halem: ‘Bij de opkomst van radio-uitzendingen in de jaren 30 werd voorspeld dat leerlingen via de radio onderwijs zouden kunnen volgen van de beste leraren in het land. In de jaren 50 en 60 bleek echter uit onderzoek dat live lessen veel effectiever waren.’
Een recent voorbeeld van te snelle onderwijsinnovatie is het concept van iPad-scholen, gepromoot door Maurice de Hond. Deze scholen gaven weinig gestructureerde opdrachten en lieten leerlingen vrij in hun leerproces. Dat leidde niet tot de positieve resultaten die de Hond gehoopt had en zorgde voor teleurstellingen bij ouders en leraren.
Het onderwijs moet niet zo snel gaan als de technologie.
De snelle opkomst van technologie, waaronder AI, dwingt het onderwijs om zich aan te passen aan een veranderend landschap. ‘Echter’, merkt van Halem op, ‘betekent dit niet dat het onderwijs net zo snel moet gaan als de technologie.’
Ze benadrukt het belang van een doordachte aanpak bij het implementeren van technologische innovaties: ‘Je moet niet alleen technologie toevoegen, maar ook een goede organisatie en een vertrouwensband creëren tussen leraren, leerlingen, ouders en de school. Niet alleen de docenten die al met AI werken, maar het hele team moet samen leren over de kansen en risico's, onder leiding van leiders met verstand van zaken. Kortom: vernieuwing is teamwork.’