Hoe ben je bij Geschiedenis gekomen?

‘Na – onder druk van mijn moeder – Tandheelkunde te hebben gestudeerd, ben ik overgestapt naar mijn grootste interesse: Geschiedenis. Al vanaf het moment dat ik mijn eerste proefcollege volgde wist ik zeker dat Geschiedenis bij me paste. Toen de hoogleraar begon te vertellen, was het alsof ik eindelijk mijn bestemming had gevonden. Volgens mij heb ik nog nooit eerder zo geboeid een college gevolgd. Het contrast met mijn buurman kon niet groter: hij viel bijna in slaap van de verveling, terwijl ik stijf van enthousiasme zat. Na het college wist ik het zeker: ik wilde Geschiedenis studeren. Dat was voor mij het moment waarop ik besefte dat ik mijn hart moest volgen en niet een studie moest kiezen waartoe ik – bijvoorbeeld door familie – werd gepusht.’

In hoeverre is Geschiedenis vormend voor je geweest?

‘Geschiedenis heeft me een solide basis gegeven voor het leven in het algemeen. Ik heb geleerd hoe mensen door de jaren heen hebben geleefd en ben erachter gekomen dat de mens een soort “basissoftware” heeft als het gaat om gedrag. Ik begrijp nu beter hoe samenlevingen gevormd zijn en wat deze samenlevingen definieert. Hierdoor kan ik verschillende groepen mensen beter begrijpen en beter met ze communiceren. Daarnaast heb ik geleerd hoe ik bronnen kan verzamelen, analyseren en ze kan gebruiken om een goed onderbouwd verhaal maken. Hier heb ik in mijn werk veel profijt van.’

Waarom ben je gaan studeren in Amsterdam?

‘Toen ik Geschiedenis wilde gaan studeren, zat ik al op het ACTA (Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam). De omgeving was dus vertrouwd. Ik ging voor het eerst op kamers in Amsterdam en werd op slag verliefd. In Amsterdam kan je alles vinden, en de internationale vibe past goed bij mijn eigen multiculturele achtergrond. In Amsterdam voel ik me thuis.’

Wat zou je anders doen als je het nog een keer over kon doen?

‘Ik zou eerder voor mezelf gekozen hebben door te stoppen met Tandheelkunde. Ik liet me toen nog te veel onder (sociaal-culturele) druk zetten door mijn familie. Ze hadden het beste met me voor – als tandarts heb je baanzekerheid en een goed salaris – maar ze beseften niet dat mijn geluk schuilt in het doen van werk dat ik mooi vind. Ook als ik wat minder geld verdien.’

Wat zou je toekomstige studenten willen meegeven?

‘Go for it. Ga het avontuur en het studentenleven aan. Geniet van de (academische) kennis die je opdoet en van de mensen die je leert kennen. Het is niet erg om een studie te kiezen die je achteraf niet bevalt. Bedenk altijd: “Ik wil het op z’n minst geprobeerd hebben.”

Voor studenten met een migratieachtergrond zoals ik en voor studenten die – bijvoorbeeld vanwege religieus-culturele redenen – er vaak alleen voor staan: het is niet makkelijk om er in je eentje voor te staan, of om zonder netwerk te zitten, maar schroom niet om het zelf voor elkaar te krijgen. Ik begon mijn studententijd in Amsterdam zonder netwerk of kruiwagen. Mijn ouders waren migranten die vooral in hun eigen bubbel bleven, dus ik begon met een achterstand aan mijn studententijd. Door hard en doelgericht werken ben ik uiteindelijk gekomen waar ik nu ben en daar ben ik trots op. Dat kan jij ook bereiken.’