Update over het aanscherpen van de manier waarop we samenwerken met (internationale) partners.
18 november 2024
'De adviescommissie samenwerking met derden bestaat al sinds 2021 en moet helpen voorkomen dat data uit onderzoek oneigenlijk of onethisch gebruik wordt door partijen waarmee UvA-onderzoekers samenwerken. De commissie heeft een beleidskader dat onderzoekers gebruiken om keuzes te maken over met wie ze samenwerken.'
'Dat kader moet met zijn tijd mee, zodat het antwoord geeft op actuele vraagstukken. Dat deden we eerder tijdens de discussie over samenwerking met fossiele partners, zoals Shell. Ook nu, in de discussie rondom samenwerking met organisaties in conflictgebieden zoals het Midden-Oosten, moeten we kijken of het kader nog voldoet.'
'Net als bij de update rondom partners uit de fossiele industrie, vinden we het belangrijk dat studenten en medewerkers meedenken. Wij (de commissie) borduren daarom voort op het werk van een ad hoc-werkgroep die voor de zomer input ophaalde uit zoveel mogelijk lagen en kanten van de UvA. Die groep deed (onder meer) elf aanbevelingen. Op basis van die aanbevelingen, werken wij verder aan het kader.'
'Het huidige beleidskader is onvoldoende geschikt om toe te kunnen passen op onderzoeks- en onderwijssamenwerkingen met organisaties in landen in conflictgebieden. Dus we kijken naar een aanscherping. We krijgen daarbij tijdelijk hulp van experts. Dat zijn wetenschappers van de UvA met expertises op het terrein van mensenrechten, genocidestudies, conflictstudies en internationale onderwijssamenwerkingen. Als we gaandeweg merken dat we andere expertises nodig hebben, vragen we die ook bij het team.'
Je moet duidelijk krijgen wat het verschil is tussen persoonlijke overtuiging en de waarden waar onze universiteit voor staat.Aart Nederveen over de discussies binnen de commissie
'Nee, bewust niet, dat zou een te smalle focus zijn. We werken momenteel aan twee sporen. De eerste is een aanscherping van het al bestaande kader, de tweede is een gerichtere aanpak waarbij we drie actuele casussen uitlichten. Dat gaat om studentenuitwisseling met een instelling in Israël (Hebrew University of Jerusalem), samenwerking met de Chinese Scholarship Council en studentenuitwisselingen met universiteiten in Hongarije. We kijken nu naar die drie samenwerkingen, maar het is belangrijk te benadrukken dat we vooral ook werken aan een toekomstbestendig beleidskader, dat bruikbaar is voor verschillende situaties.'
'Er zijn een aantal hele duidelijke zaken: je wil dat onderzoek onder geen beding direct en 'causaal' bijdraagt aan de schending van mensenrechten bijvoorbeeld. Daarover hoef je niet in discussie. De discussie gaat vooral over situaties waarin de link tussen ons onderzoek en mensenrechtenschendingen indirect is.'
'De gesprekken daarover zijn complex. Je moet duidelijk krijgen wat het verschil is tussen persoonlijke overtuiging en de waarden waar onze universiteit voor staat. De commissieleden, allemaal wetenschappers met veel ervaring in internationale samenwerkingen, zoeken dan ook steeds naar de juiste woorden en afwegingen en waar de grenzen liggen.'
'We doen ons best om over die drie samenwerkingen voor het eind van het jaar een advies te geven. Ook de uitbreiding van het kader zal voor het einde van het jaar worden afgerond. Maar daarna is ons werk nog niet klaar. Ook na deze aanvulling blijven we steeds in gesprek over de manier waarop we het kader met aanvullende criteria in de wetenschappelijke praktijk toepassen.'
'De UvA had al veel aandacht voor de ethische dimensies van onze wetenschappelijke samenwerkingen en de ontwikkelingen in de wereld vragen erom dat we onze kaders steeds opnieuw kritisch blijven bekijken en zo bewustwording creëren onder wetenschappers. Over met wie we samenwerken en hoe zich dat verhoudt tot onze waarden.'