1 december 2021
Schroefduiken kunnen vanaf de oppervlakte worden waargenomen, en het team van onderzoekers had Risso's dolfijnen deze duiken zien uitvoeren in verschillende jachtgebieden. ‘Onze verwachting was dat deze duiken bedoeld waren voor duiken waarbij op inktvissen gejaagd werd. Maar in eerste instantie begrepen we niet wat het doel was en waarom Risso's dolfijnen zoveel sprintenergie zouden verbruiken aan het begin van een duik’, zegt Fleur Visser, hoofdonderzoeker en aangesloten bij het Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (UvA) en het NIOZ Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee.
De onderzoekers gebruikten gegevens van meer dan 250 duiken, geregistreerd op biologgers die ze tijdelijk aan zeven individuele dolfijnen bevestigden, met behulp van zuignappen. De biologger registreerde de duikdiepte, de bewegingsdynamiek en geluiden tijdens het duiken. Vervolgens vergeleken zij deze informatie met de diepte van de diepte waar zich veel prooi bevindt, waaronder hun voorkeursprooi: inktvis. Deze laag, de deep scattering layer genoemd, wordt zichtbaar gemaakt met behulp van sonar en bevat een grote dichtheid aan vissen en inktvissen.
De sprint-en-draai aan het begin van de duik maakt het voor de Risso's dolfijnen mogelijk om in een kortere tijd een grote diepte te bereiken. Dit is essentieel, want dolfijnen zijn roofdieren die adem moeten halen en dus maar een beperkte tijd op diepte kunnen doorbrengen. Door de snelle afdaling kunnen ze veel sneller een diepe prooi bereiken, en hebben ze tijd om meer prooien te vinden als ze eenmaal op de gewenste diepte zijn. Zonder de sprint zouden diepe duiken waarschijnlijk niet voldoende rendabel zijn.
De deep scattering layer waar de dolfijnen in jagen, trekt in de loop van de dag op en neer door de waterkolom. Overdag ‘verbergt’ de laag zich voor roofdieren in donkere wateren dieper dan 300 meter. Rond zonsopgang trekt hij omhoog om in de oppervlaktelagen te foerageren, om rond zonsopkomst naar zijn schuilplaats terug te keren. Risso's dolfijnen zijn gespecialiseerde roofdieren van de deep scattering layer geworden. Ze volgen de bewegingen van deze prooilaag, overdag diep jagend, en 's nachts ondiep.
Dolfijnen hebben gespecialiseerde duikstrategieën nodig om hun zuurstofbehoefte in evenwicht te brengen met het verkrijgen van voldoende prooi op grote diepte. ‘We waren verbaasd over het scherpe contrast tussen het gebruik van een schroefduik en een normale duik. Het is als het omzetten van een schakelaar,’ zegt Visser. ‘En daarmee samenhangend, het echt duidelijk volgen van een prooilaag, en het hebben van meerdere strategieën om daarin te jagen, afhankelijk van de diepte. De Risso's dolfijnen hebben zich aangepast om, naast ondiep, ook effectief diep te kunnen jagen, en ze omzeilen daarmee de strategie van hun inktvisprooi om roofdieren te ontwijken.’
Om de oceanen beter te begrijpen en te beschermen, moeten onderzoekers meer weten over fundamentele levensprocessen, zoals de interacties tussen toppredatoren en prooisoorten. Top-predatoren zijn cruciale diersoorten die de gezondheid van ecosystemen en de biodiversiteit bepalen. Voor een fundamenteel begrip van de dynamiek tussen roofdier en prooi in de diepzee zijn gecombineerde gegevens nodig van jachttechnieken en prooidieren. Maar hoe observeer je een jacht op 500 meter diepte?
Risso's dolfijnen vormen een belangrijke schakel tussen de diepe oceaan en de dicht aan de oppervlakte liggende wateren en kunnen belangrijke verklikkers zijn voor ons begrip van de uitgestrekte, grote, nog niet verkende diepzee. Op welke prooi de dolfijnen in dieper en ondieper water eigenlijk jagen, blijft onzeker. Richten zij zich op dezelfde prooi, of bieden de verschillende diepten verschillende kansen voor deze generalistische roofdieren? Dit is onderwerp voor verdere studie.
Lees het hele artikel via Royal Society Open Science
Risso’s dolphins perform spin dives to target deep-dwelling prey
Fleur Visser, Onno A. Keller, Machiel G. Oudejans, Douglas P. Nowacek, Annebelle C.M. Kok, Jef Huisman en Elisabeth H.M. Sterck