Waarvoor kun je hier terecht?
Je kunt bij deze vertrouwenspersonen terecht als je te maken hebt met seksuele intimidatie, (verbale) agressie, geweld, pesten of discriminatie.
Wat gebeurt er als je melding doet van ongewenst gedrag bij deze vertrouwenspersoon?
Stap 1: de eerste afspraak, ruimte voor jouw verhaal
De vertrouwenspersoon nodigt je uit voor een gesprek. Dat kan telefonisch, online of op een veilige locatie op de UvA. De vertrouwenspersoon vertelt je dat het gesprek vertrouwelijk is en dat er alleen iets mee gebeurt, als jij dat wilt. Tijdens dit gesprek vraagt de vertrouwenspersoon of je wilt vertellen wat er is gebeurd. Daar krijg jij alle ruimte voor. Als jij dat wilt kun je daarna een vervolgafspraak maken.
Stap 2: de vervolgafspraak, gesprek over mogelijke oplossingen
Samen met jou kijkt de vertrouwenspersoon welke mogelijke oplossingen er zijn voor jouw probleem. De vertrouwenspersoon schetst een aantal opties en vertelt daarbij wat de voor- en nadelen zijn. Jij houdt de regie. Het is heel belangrijk dat je zelf achter de gekozen oplossing staat. Heb je meer bedenktijd nodig? Dat is geen probleem, jij bepaalt het tempo.
Stap 3: je kiest een oplossingsrichting
Samen met de vertrouwenspersoon bespreek je de volgende stap en maak je een keuze. Denk daarbij bijvoorbeeld aan:
- In gesprek gaan met de persoon die over jouw grenzen is gegaan (waarbij de vertrouwenspersoon eventueel aanwezig is.)
- In gesprek gaan met een leidinggevende over de situatie.
- Op papier zetten wat jou is overkomen en jouw verhaal opsturen (rechtstreeks of via de vertrouwenspersoon) naar een leidinggevende.
- Een melding doen bij de ombudsfunctionaris.
- Een klacht indienen bij de klachtencommissie.
- Niets doen.
De vertrouwenspersoon verwijst je eventueel door naar gespecialiseerde zorg.
Stap 4: evaluatie en eventueel vervolg
De vertrouwenspersoon bespreekt met jou of je probleem afdoende is opgelost. Misschien zijn er nog vervolgstappen nodig. Ook hiervoor kun je bij de vertrouwenspersoon terecht.
Contact
Ga naar het overzicht van de vertrouwenspersonen ongewenst gedrag