Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Welke rol speelt technologie in het werk van wetenschappers aan de Universiteit van Amsterdam? In deze serie gaan we daarover in gesprek met onderzoekers van de faculteit FNWI. Dit keer is dat Judy Shamoun-Baranes, hoogleraar Animal Movement Ecology. Zij bestudeert het gedrag van vogels in veranderende omgevingen, met name in de buurt van windparken.
Judy Shamoun-Baranes
Judy Shamoun-Baranes. Fotograaf: Liesbeth Dingemans

Hoe kunnen we windenergie veiliger maken voor vogels die onderweg zijn? En hoe veranderen vogels hun manier van vliegen op basis van hun omgeving? Dit zijn enkele van de vragen die Judy Shamoun-Baranes, hoogleraar Animal Movement Ecology aan het Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED) van de UvA, wil beantwoorden. Haar onderzoeksgroep wil begrijpen hoe vogels omgaan met hun omgeving en hoe veranderingen in het landschap, zoals de toevoeging van windturbines, hun gedrag beïnvloeden.  

Hun onderzoek kan helpen de milieu-impact van windparken te verminderen. Shamoun-Baranes legt uit: ‘Een manier om de impact van windparken te verminderen, is door vogeltrek te voorspellen, zodat we turbines kunnen stilleggen als dat nodig is.’ Een van haar groepsleden, Maja Bradarić, werkt aan het voorspellen van vogeltrekpatronen in de buurt van aflandige windparken. Haar modellen zijn al gebruikt om windturbines tijdelijk stil te leggen als er intense migratie werd voorspeld. Groepslid Bart Hoekstra werkt aan een soortgelijk project voor windenergie op land. 

Opschalen en inzoomen

Ondanks dit succes is het uitvoeren van dit soort onderzoek een hele uitdaging. Shamoun-Baranes: ‘Het is heel ingewikkeld om vogels te bestuderen als je ze live, over grote afstanden en onder allerlei omstandigheden wil volgen. Ik denk niet dat we dit soort werk zouden kunnen doen zonder de hulp van technologie.’

Om hun onderzoek op te schalen, gebruikt de onderzoeksgroep van Shamoun-Baranes weerradars. ‘Omdat we vogeltrek en grootschalige verplaatsingen bestuderen, proberen we te kwantificeren hoeveel vogels er in de lucht zijn onder verschillende omgevingsomstandigheden. Met weerradars kunnen we deze patronen op grote schaal waarnemen. Door een netwerk van radars te gebruiken, kunnen we ons onderzoek verder opschalen.’ Met deze technologie kunnen de onderzoekers vogeltrek over grote delen van Nederland volgen. Ze willen dit uitbreiden naar het volgen van migratie op Europese schaal.

Windturbines en kaart van Nederland

Naast radar gebruiken ze ook GPS-technologie. Shamoun-Baranes: ‘We hebben flexibele GPS-systemen die we zelf hebben ontworpen, waarmee we vogelbewegingen om de paar seconden kunnen meten. Zo kunnen we gedrag op een heel fijne schaal zien, waardoor we echt kunnen inzoomen.’  

Radar tot het uiterste drijven

De onderzoeksgroep van Shamoun-Baranes gebruikt deze technologieën niet alleen, ze verbeteren ze soms ook. In een project werkte onderzoeker Jans van Erp met een type radar dat door een commercieel bedrijf was ontwikkeld. Hij verdiepte zich uitgebreid in de details van de data en besprak de uitdagingen die hij tegenkwam met het bedrijf. Op die manier konden ze manieren vinden om de technologie te verbeteren.  

‘Het was niet ons oorspronkelijke doel, maar je kunt impact hebben op technologie door ermee te werken en het bijna tot het uiterste te drijven,’ zegt Shamoun-Baranes. Van Erp werkt nu voor het radarbedrijf en brengt zijn expertise naar de industrie.  

Radargegevens waren ook moeilijk te vinden en toegang tot te krijgen. Shamoun-Baranes werkte samen met haar onderzoeksgemeenschap om een systeem te ontwikkelen dat weerradar automatisch omzet in vogeltrekgegevens. Het systeem is nu openbaar beschikbaar. Shamoun-Baranes: ‘Dat was een heel belangrijk resultaat van een eerder Europees project dat we hadden.’ 

Naar buiten gaan

Hoewel er nu veel milieudata vrij beschikbaar is, benadrukt Shamoun-Baranes hoe belangrijk het is om verbonden te blijven met de buitenwereld. ‘Ik vind het belangrijk om ook tijd buiten door te brengen en met mensen in het veld te praten. Soms kijken ze op een heel andere manier naar je data. Na een presentatie op een conferentie zei iemand tegen me: ‘We doen heel vergelijkbaar werk met mensen!’. Het klinkt gek, maar er is zoveel dat je met dezelfde data kunt doen.’  

Ze vindt het ook leuk om haar werk te koppelen aan de maatschappij. Een paar jaar geleden ontwikkelde haar onderzoeksgroep een app genaamd VogelHetUit. Hiermee kon het publiek vogels en de omgevingsomstandigheden volgen en in de app zetten. De onderzoekers konden dit gebruiken om meer te weten te komen over lokale omstandigheden, informatie die ze vaak missen in hun data.

Meeuw in Amsterdam

Shamoun-Baranes. ‘Mensen vonden het altijd zo intrigerend om te horen dat sommige meeuwen, die in een prachtige omgeving op Texel leven, helemaal naar Amsterdam reizen om te eten. Een vogel moet ongeveer drie uur vliegen en genoeg voedsel vinden om de reis de moeite waard te maken. Dat is vrij ongelooflijk. In een wetenschappelijk artikel wordt dit teruggebracht tot cijfers. Maar als je mensen verhalen vertelt, krijgt het een nieuwe diepgang.’  

Toekomstige impact

Er is nu veel interesse in het onderzoek van Shamoun-Baranes, vooral vanwege de uitdagingen van het opschalen van windenergie en de invloed ervan op het gedrag van vogels. Shamoun-Baranes: ‘We hebben hier stap voor stap aan gewerkt. Ik denk dat het ongelooflijk zou zijn als we echt kunnen werken aan het vergroten van ons begrip van vogelgedrag.’  

Naast haar onderzoek is ze ook gepassioneerd over het creëren van een gemeenschap. ‘Een gemeenschap waar mensen samenwerken en ideeën, expertise en hun tools delen. Ik denk dat je alleen grotere stappen vooruit kunt maken door ruimte te creëren voor mensen.’

 

Meer weten over onderzoek bij de FNWI? Kijk dan op onze onderzoekspagina.