Hanneke Bartelds onderzocht hoe geschiedenislessen met ooggetuigen leerlingen kunnen helpen zich in te leven in anderen.
10 december 2024
'Een van de eerste stappen bij het leren inleven, is dat leerlingen zich bewust worden dat hoe ze naar de geschiedenis kijken, niet neutraal is', legt Bartelds uit. 'We worden allemaal beïnvloed door de tijd, cultuur en het land waarin we leven, maar ook door bijvoorbeeld onze eigen opvoeding. In geschiedenisonderwijs noemen we dat 'standplaatsgebondenheid'. Iedereen die zich probeert in te leven, moet hier rekening mee houden. Niemand kijkt objectief naar het verleden en heden.'
We brengen niet alleen de geschiedenislessen tot leven, maar dragen ook bij aan burgerschapsvaardigheden
Om leerlingen zich te laten inleven in mensen uit het verleden, bestaat een soort stappenplan voor docenten, legt Bartelds uit. Maar dit stappenplan kan óók helpen bij het inleven in iemand anders in het heden. ‘We brengen niet alleen de geschiedenislessen tot leven, maar dragen ook bij aan burgerschapsvaardigheden als inleven en het respecteren van een ander perspectief dan je eigen. Dat is belangrijk in een democratische samenleving vol met verschillende mensen en meningen.
Voor haar onderzoek liet Bartelds leerlingen zich op twee manieren inleven in andere perspectieven: door het kijken van documentaires waarin ooggetuigen aan het woord komen, maar ook door het uitnodigen van ooggetuigen in de klas. Het uitnodigen van ooggetuigen bleek het meest effectief bij het bevorderen van het inlevingsvermogen van de leerlingen. 'Dit komt waarschijnlijk doordat leerlingen met de ooggetuigen in de klas in gesprek kunnen. Dit zorgt voor een persoonlijke band, en eerder onderzoek laat zien dat dat erg belangrijk is.’
Het is natuurlijk een stuk makkelijker en minder tijdrovend om een documentaire aan te zetten
Tegelijkertijd begrijpt Bartelds ook dat deze vorm niet altijd mogelijk is: 'Het is natuurlijk een stuk makkelijker en minder tijdrovend om een documentaire aan te zetten. Daarnaast zijn veel ooggetuigen van historische gebeurtenissen al overleden, of is het voor hen heel spannend om voor de klas te staan. Dit merkte ik bijvoorbeeld in mijn onderzoek met joodse en Palestijnse ooggetuigen. Door de grote meningsverschillen over dit conflict in Nederland, weet je als ooggetuige niet hoe een klas reageert als je je persoonlijke verhaal deelt. Dat is best kwetsbaar. Het is dus echt een afweging voor een docent. Een combinatie van de twee vormen zou misschien het beste zijn.'
Naast de vormen die Bartelds heeft onderzocht, zijn er genoeg andere manieren om leerlingen zich te laten inleven in andere perspectieven. 'Tieners gaan soms via school op uitwisseling met leeftijdsgenoten uit andere landen. Dat is een spannende maar ook heel nuttige manier om je in te leven in de wereld van iemand anders. Docenten kunnen hun leerlingen ook meenemen naar historische plekken, of rollenspellen met ze spelen. Bij zo'n rollenspel is het wel belangrijk dat leerlingen genoeg informatie hebben. Zo gaan ze zich niet zomaar iets verbeelden, maar echt leren inleven.
Breng je kinderen in aanraking met veel verschillende perspectieven
Niet alleen docenten, maar ook ouders hebben een belangrijke rol in de ontwikkeling van het inlevingsvermogen van kinderen. 'Wanneer je met je kind over dit soort zaken praat, is het belangrijk dat je je als ouder ook bewust bent van je eigen perspectief. Je bent niet 'neutraal'. Als je dat uitdraagt naar je kind, zullen ze zich dat ook meer realiseren. Breng ze daarnaast vooral in aanraking met veel verschillende perspectieven. Het is goed om je kinderen zich te laten realiseren dat hun perspectief, en dat van jou, er ook maar één van de velen is.’