Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Wat gebeurt er als je je moedertaal niet mag spreken in het land waar je woont? Jessica Soedirgo heeft een Veni-subsidie ontvangen voor een onderzoeksproject naar de gedwongen assimilatie van Chinese Indonesiërs in de decennia na de Indonesische onafhankelijkheid en hoe zij reageerden op de beperkingen van hun culturele en religieuze praktijk. 'Chinese Indonesiërs mochten niet in het openbaar Chinees spreken en zelfs niet hun Chinese naam gebruiken.'

Gedwongen assimilatie

Wat is assimilatie precies? Assimilatie vindt plaats wanneer individuen uit een minderheidsgroepering vrijwillig de taal, identiteit en culturele normen van de dominante groepering overnemen. Zo kunnen migranten bijvoorbeeld de lokale taal leren of bepaalde feestdagen vieren als teken van integratie. Gedwongen assimilatie is echter een ander verhaal. Bij gedwongen assimilatie zet een overheid of dominante groepering minderheidsgemeenschappen onder druk om de identiteit van de meerderheid over te nemen door te dreigen met geweld of wettelijke beperkingen.

Copyright: Jessica Soedirgo
Gedwongen assimilatie is een vorm van politiek geweld, met als doel de identiteit van een bepaalde minderheid uit te wissen en hun stem het zwijgen op te leggen. Jessica Soedirgo

In Indonesië heeft de etnisch Chinese minderheid te maken gehad met gedwongen assimilatie, vooral onder het Soeharto-regime in de jaren 1960 en 1970. Het werd Chinese Indonesiërs verboden om in het openbaar Chinese talen te spreken, bepaalde culturele tradities in ere te houden en zelfs om Chinese namen te gebruiken. Het doel van de regering was om de Chinese Indonesiërs te integreren in de reguliere samenleving, maar het had een tegenovergesteld effect. De strenge regels van de overheid veroorzaakten leed en discriminatie en Chinese Indonesiërs werden monddood gemaakt. 'Gedwongen assimilatie is een vorm van politiek geweld, met als doel de identiteit van minderheden uit te wissen en hen monddood te maken", legt Jessica Soedirgo uit.

Academische expertise en persoonlijke inzichten

Jessica Soedirgo, universitair docent politicologie, onderzoekt politiek geweld en identiteiten van minderheden. Omdat ze zelf een Chinese Indonesische is, neemt ze zowel academische expertise als persoonlijk inzicht mee in haar project, waaraan een Veni-subsidie is toegekend. Soedirgo groeide op met familieverhalen over hoe haar gemeenschap leefde onder het beleid van gedwongen assimilatie en daarbij de banden met haar culturele erfgoed verloor. De ervaringen van haar familie motiveerden haar om dit onderwerp te bestuderen. 'Ik hoop dat ik mijn familie recht kan doen met dit project.'

Het huis van een rijke Chinese familie aan de Molenvliet in Batavia (tussen 1860 & 1872).

Koloniaal verleden

De gedwongen assimilatie van Chinese Indonesiërs heeft alles te maken met de geschiedenis van het kolonialisme. Jessica Soedirgo legt uit: 'Toen Indonesië onder Nederlandse overheersing stond, was er een bepaalde rassenhiërarchie, waarbij de Europeanen bovenaan stonden en lokale Indonesiërs onderaan. Chinese Indonesiërs zaten daartussenin. Chinese Indonesiërs kregen meer handelsmogelijkheden dan de Indonesiërs. Op die manier vervulden ze een belangrijke rol als tussenpersonen tijdens de koloniale overheersing. De Chinese Indonesiërs hadden niet alleen economische privileges ten opzichte van de Indonesiërs, maar ze waren ook sociaal geïsoleerd van deze groep. Door de koloniale regels leefden ze in speciale buurten en hadden een vergunning nodig om deze gebieden te verlaten. Toen Indonesië onafhankelijk werd, leidden deze twee factoren tot hun uitsluiting van de bredere samenleving.'

De tweede factor was het politieke klimaat in de jaren 1960. 'Na de anticommunistische zuivering van Indonesië in 1965 werden etnisch Chinese Indonesiërs, die geassocieerd werden met China, met argwaan bekeken. Hoewel veel Chinese Indonesiërs al generaties lang in het land woonden, werd hun loyaliteit in twijfel getrokken, wat resulteerde in beleid dat hen dwong om "Indonesische" gebruiken over te nemen.'

De rellen in Indonesië in 1998 leidden tot hevig politiek geweld jegens Chinese Indonesiërs. Velen kregen te maken met bruut (seksueel) geweld en het in brand steken van hun bedrijf. In de nasleep hiervan maakte het trauma van deze gemeenschappen duidelijk dat er dringend behoefte was aan dialoog en verzoening in het land.

Huidige situatie van Chinese Indonesiërs

Tegenwoordig zijn de omstandigheden voor Chinese Indonesiërs verbeterd. Vooral sinds Indonesië in 1999 een democratisch land werd, vertelt Soedirgo. 'Na de rellen van 1998 zijn veel wetten voor gedwongen assimilatie ingetrokken. De etnisch Chinese identiteit keerde langzaam maar zeker terug in de Indonesische publieke sfeer. Chinees Nieuwjaar werd weer gevierd en Chinese Indonesiërs stelden zich kandidaat voor politieke functies.'

Verkopers in Chinatown Jakarta, wijk Glodok.
Verkopers in Chinatown Jakarta, wijk Glodok (2015).

De periode van discriminatie onder Soeharto bleef echter in het hele land haar weerslag houden. Chinese Indonesiërs blijven voorzichtig met het laten gelden van hun politieke stem, omdat de herinnering aan gedwongen assimilatie nog altijd levend is.

Veerkracht en culturele overleving

In haar aankomende project, dat gefinancierd wordt met de Veni-subsidie, wil Jessica zich verdiepen in de culturele overleving van minderheden in het geval van gedwongen assimilatie. 'Ik wil begrijpen wat zorgt voor de veerkracht van minderheden. Ook om mijn persoonlijke achtergrond te begrijpen. Mijn familie spreekt geen Chinese talen meer en is een beetje losgezongen van de Chinese culturele gebruiken. Ik wil erachter komen hoe het kan dat sommige gemeenschappen hun cultuur zijn kwijtgeraakt terwijl andere hun culturele wortels wisten te behouden, ondanks de door de overheid opgelegde aanpassing.'