19 juni 2024
Inmiddels zijn 250 mensen in Utrecht geholpen aan de hand “Eerst een Thuis”, en dat worden er nog meer. Volgens de traditionele benadering verbleven dak- en thuislozen vaak eerst lang verblijven in opvangvoorzieningen voordat zij een stabiele eigen woonplek kregen; nu wordt dat juist omgedraaid.
Onafhankelijk van de complexiteit van de individuele problematiek dragen de veiligheid en rust van een eigen woning bij aan de snelheid van het herstel van (ex-)dak- en thuislozen op verschillende leefgebieden, zoals werk en mentale gezondheid. En daarmee aan het verminderen van de kans op terugval en de behoefte aan vervolgzorg en/of -ondersteuning.
UvA-socioloog Nienke Boesveldt en UvA-antropoloog Merel Otto onderzochten hoe het herstel van deelnemende bewoners verliep en in hoeverre Eerst een Thuis leidt tot een echt duurzaam herstel, vertelt: ‘Ze beschrijven herstel als “uit de overlevingsstand komen”, waarin men weer gaat leven in plaats van overleven. Een van hen vertelt: Ik denk dat dat voor mij hetzelfde is als voor heel veel anderen: routinematig, gelukkig leven. Herstel is de weg daarnaartoe. Utrecht is landelijk voorloper, ik hoop dat het de stad lukt hier aan vast te blijven houden nu dakloosheid toeneemt.’