Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
De meeste vrouwen hebben last van bijwerkingen na een behandeling voor borstkanker. Bijvoorbeeld van vermoeidheid, fysiek niet fit voelen en problemen met denkvermogen. Vaak nog tot jaren na de behandeling. Neurowetenschapper Emmie Koevoets onderzocht of een bewegingsprogramma deze vrouwen kan helpen, want daar is nog weinig over bekend. Ze concludeert dat er vele voordelige effecten van lichaamsbeweging zijn, vooral voor vrouwen met veel vermoeidheid. Dinsdag 27 juni verdedigt ze haar proefschrift aan de Universiteit van Amsterdam.

‘Tussen de 21% en 34% van de vrouwen die met chemotherapie zijn behandeld voor borstkanker, presteert lager op neuropsychologische testen dan je op basis van hun leeftijd en opleidingsniveau zou verwachten’, stelt Koevoets. ‘Ze hebben bijvoorbeeld moeite met concentreren of met hun geheugen.’ Om de onderliggende oorzaak van deze cognitieve problemen aan te pakken zijn er volgens Koevoets nog geen interventies waarvan ook wetenschappelijk bewezen is dat ze helpen. Hier wilde zij graag verandering in brengen. Ze onderzocht daarom of een bewegingsprogramma cognitief functioneren kan versterken en veranderingen in de hersenen teweeg kan brengen.

Een beweeggroep en een controlegroep

In het onderzoek werden 181 vrouwen, die 2 tot 4 jaar geleden met chemo waren behandeld en nog steeds met cognitieve problemen kampten, willekeurig in twee groepen opgedeeld. Eén groep deed mee aan een bewegingsprogramma en de andere groep, de zogenaamde controlegroep, niet. De beweeggroep deed wekelijks, en voor een periode van zes maanden, aan conditie- en krachttraining en Nordic- of power walking. De controlegroep werd gevraagd om hun huidige beweegpatroon vast te houden.  

Testen van de hersenen en vragenlijsten

Om het effect van de trainingen te achterhalen zette Koevoets verschillende instrumenten in. Ze nam neuropsychologische testen af, maakte een MRI-scan van de hersenen, voerde een inspanningstest uit en nam bloed af van de deelnemers. Maar ze vroeg deelnemers ook om zelf aan te geven of ze een effect merkten met behulp van vragenlijsten over cognitieve klachten, vermoeidheid, angst, depressie en kwaliteit van leven.

Deelnemers ervaren zelf verbetering

Op de neuropsychologische testen vond Koevoets geen positieve effecten van de trainingen op het cognitief functioneren van de deelnemers. De lichamelijke conditie van de beweeggroep verbeterde wel in vergelijking met de controlegroep. Opvallend was dat de deelnemers naast zich fysiek fitter te voelen zelf wel aangaven er cognitief op vooruit te gaan, minder vermoeidheid te ervaren en zich minder depressief te voelen. Daarnaast gaven ze aan dat hun kwaliteit van leven verbeterd was.

Een dieper kijkje in het brein

Ook nam Koevoets een dieper kijkje in het brein. ‘We keken specifiek naar het volume van het hersengebied dat verband houdt met het geheugen (de hippocampus), naar de dikte van de buitenste laag van de hersenen (de cortex), het grijze stof volume, de doorbloeding van de hersenen en de kwaliteit van de witte stof banen die verschillende hersengebieden met elkaar verbinden.’

Veranderingen in het hersenvolume of verstoringen in de witte stof banen of doorbloeding, kan het cognitieve vermogen aantasten. Het beweegprogramma bleek echter geen effect te hebben op hersenvolume en ook niet op de witte stof banen. Volgens Koevoets kan dit komen doordat de vrouwen in de steekproef nog relatief jong waren en het volume eigenlijk nog op peil, of dat er weinig schade was aan hersenstructuren of dit inmiddels weer was hersteld.

Vrouwen met veel vermoeidheid

Koevoets keek ook naar de potentie van het bewegingsprogramma voor vrouwen die naast de cognitieve problemen ook veel vermoeidheid ervaren. ‘Vermoeidheid is één van de meest voorkomende en verontrustende symptomen na kankerbehandeling. Vaak hangen cognitieve klachten samen met vermoeidheid. Lichaamsbeweging heeft in eerdere onderzoeken aangetoond gunstige effecten te hebben op vermoeidheid na de diagnose kanker.’

Bij deze specifieke groep die veel vermoeidheid ervaart, vindt Koevoets wel gunstige effecten van het beweegprogramma op hun geheugen en op de snelheid van informatieverwerking, zoals gemeten met neuropsychologische tests. ‘En we vonden ook effecten op hun hersenen, namelijk een afname van het hersenvolume met een betere geheugenfunctie als gevolg, en een verandering in de kwaliteit van de witte stof banen.’

Voordelige effecten van lichaamsbeweging

Koevoets concludeert dat deze studie de vele voordelige effecten van lichaamsbeweging laat zien, zelfs al verbeterden de geteste cognitieve functies niet in de beweeggroep. ‘De deelneemsters meldden zelf minder cognitieve klachten, hun conditie ging er op vooruit en het cognitief functioneren bij deelneemsters met veel vermoeidheidsklachten liet verbeteringen zien.’ Volgens Koevoets is het belangrijk om dit resultaat bij vrouwen met veel vermoeidheidsklachten te herhalen onder andere patiënten om de resultaten te bekrachtigen.

Proefschrift details

Emmie Koevoets, 2023, 'Exercise the brain. Effects of exercise on cognition and the brain in chemotherapy-treated breast cancer patients’. Promotoren zijn prof. dr. S.B. Schagen en prof. dr. A.M. May. Copromotoren zijn dr. E.M. Monninkhof en dr. M.B. de Ruiter.

Tijd en locatie

Dinsdag 27 juni, 12.00-13.30, Agnietenkapel, Amsterdam