5 maart 2021
PhD Maaike Homan doet onderzoek bij het Hot Politics Lab aan de Universiteit van Amsterdam naar emoties en politiek. Welke rol spelen non-verbale communicatie en emotionele expressies? Hoe beïnvloeden emoties ons als kiezer? ’Veel van de emoties van politici komen bij ons binnen en onthouden we. Maar hoe dit precies werkt en effect op ons heeft als kiezers, daar ben ik naar op zoek’, vertelt Homan.
‘Normaal gesproken zijn emoties erg besmettelijk, als een virus gaan ze van persoon op persoon over. Als iemand tijdens het praten bijvoorbeeld veel blijdschap uitstraalt, gaat de ander daar ook blij van kijken. Uit onderzoek, waarin dit aan de hand van gezichtsexpressies is gemeten, weten we dat we ons aan anderen spiegelen en daardoor de emotie ook zelf ervaren. Maar ook dat dit proces van spiegelen vooral voorkomt in reactie op mensen, die we kennen en leuk vinden.’
‘Deze besmettelijkheid van emoties hebben we onderzocht in de interactie met politici. Hiervoor lieten we mensen naar beelden van politici kijken terwijl we hun expressies analyseerden door middel van electroden op het gezicht. Spiegelen mensen zich aan politici die ze leuk vinden en nemen ze hun emoties over? Gaan ze lachen als ze een lach zien, gaan ze fronzen als de politicus fronst?’
‘Het spiegelen van emoties blijkt bij politici toch een andere dynamiek te hebben. Het maakt namelijk niet zo veel uit wat de politicus uitstraalt die al steun geniet. Mensen reageren sowieso blij zodra ze deze politicus zien. Of deze politicus nou lacht of boos kijkt, mensen reageren positief op de politicus die ze steunen.
‘Iets anders gebeurde bij politici waar mensen niets mee hadden en die zij afkeurden. Deze politici lokken juist negatieve emoties uit ook als ze blijdschap uitstralen. We worden dan dus boos, voelen afkeer, en wanneer deze politici boos kijken, dan lachen we ze uit.’
‘In dit onderzoek keken we specifiek naar politici die je steunt of waar je tegen bent. Dat zijn in beide gevallen dus politici waar je al wat van weet. We keken niet naar reacties op politici die totaal onbekend zijn en waar gevoelens nog neutraal zijn. Het kan zijn dat bij deze politici emoties een ander effect hebben en we bij hen emoties wel spiegelen. Blijdschap kan dan bijvoorbeeld tot een positiever gevoel over de nog onbekende politicus leiden.’
‘In de politiek zien we dat blijheid en boosheid de meest gebruikte emoties zijn. Boosheid heeft hierbij de functie om dominantie uit te stralen. Verdriet is een emotie die we weer weinig zien omdat het een teken van kwetsbaarheid kan zijn. Politici zullen daarom zelden verdriet tonen tijdens bijvoorbeeld een debat in de Tweede Kamer. Wel past het uitdrukken van verdriet bij een crisis, wanneer het juist een signaal is om te laten zien dat je meeleeft. En angst is een emotie die je het liefst helemaal niet ziet bij een politicus. Je verwacht niet dat een politicus bang is.’
‘Bekende voorbeelden van politici die emoties laten zien, zijn Merkel toen ze mensen emotioneel aansprak op hun gedrag tijdens de kerstdagen, en dat dit niet de laatste kerst met opa en oma moest zijn. Of Trump die constant veel boosheid uitdrukte.’
‘Emoties kunnen ook een rol spelen bij hoe we politieke informatie verwerken. Als een politicus feitelijke informatie ondersteunt met positieve emoties, een lach op het gezicht bijvoorbeeld, nemen we die informatie vaak makkelijker tot ons. Als informatie heel rationeel en zonder expressie wordt gebracht, kan het ons meer energie kosten de tekst te verwerken. Dan wordt het een puur cognitief proces, terwijl het juist zo natuurlijk voor ons is emoties te lezen. En onderzoek van mijn collega Gerben van Kleef laat zien dat negatieve expressies, bijvoorbeeld een boze blik, een in eerste instantie neutraal bericht een hele negatieve lading kunnen geven. Zo’n signaal kan dus impact hebben op je boodschap.’
‘Naast emoties, kijk ik ook naar andere zogenaamde “facial cues”, uiterlijke kenmerken waar mensen op reageren of informatie uithalen. Een klassiek onderzoek is dat mensen twee foto’s te zien krijgen van twee politici die ze niet kennen en worden gevraagd de meest competente aan te wijzen. In een milliseconde konden mensen dit bepalen, puur op basis van het uiterlijk. En 70% van de mensen in deze studie kozen daarbij de politicus die in het echte leven ook succesvoller is.’
‘Kortom, als mensen nog niet bekend zijn met politici, kunnen emoties en uiterlijk mogelijk een rol spelen in hun beoordeling van deze persoon. Maar als we al veel informatie hebben over een kandidaat en ook al een voorkeur maakt dit voor onze steun niet uit.’