Interview met Stuart Blume, emeritus professor Wetenschap & Technologiestudies
2 december 2020
Stuart Blume is emeritus professor Wetenschap & Technologiestudies en onderzoekt vanuit historisch perspectief hoe en waarom bepaalde vaccins in Nederland werden ontwikkeld (zoals polio, kinkhoest en mazelen), waarom mensen vaccins weigeren en (in samenwerking met internationale collega’s) wat de invloed is geweest van globalisering op vaccinatieontwikkeling en productie wereldwijd.
‘Door historische stukjes over verschillende vaccins naast elkaar te leggen onderzocht ik wat er veranderde’, legt Blume uit. ‘En mijn voorspelling is uitgekomen, namelijk dat vaccins controversieel zouden worden.’ De weerstand tegen vaccinaties is al langer groeiende, maar wordt nu goed zichtbaar in de veertig procent van de Nederlandse bevolking die zich volgens diverse enquêtes niet tegen COVID-19 wil vaccineren. ‘Nu moet je zo’n enquête altijd met een korreltje zout nemen’, waarschuwt Blume, ‘want zeggen en doen zijn twee verschillende dingen, maar het blijft een zeer hoog aantal.’ Ter illustratie noemt hij de weinig mensen die zich destijds tegen vaccinatieprogramma’s rond kinkhoest en mazelen keerde, voornamelijk streng gereformeerden. Blume ziet drie historische ontwikkelingen als mogelijke verklaringen voor dit groeiende wantrouwen.
De groeiende weerstand tegen vaccins is deels gevolg van de te hoge verwachtingen van vaccins, meent Blume. ‘Een vaccin is steeds vaker hét antwoord op een ziekte, waardoor we erg afhankelijk van vaccins zijn geworden voor het oplossen van gezondheidsvraagstukken. Hierdoor zijn er in de afgelopen jaren verschillende nieuwe vaccins geïntroduceerd. Bij polio en mazelen was het voor de bevolking vrij duidelijk hoe noodzakelijk een vaccin was, want die ziektes hadden ernstige gevolgen. Maar bij de ‘Mexicaanse griep’ bijvoorbeeld, gingen mensen zich afvragen of het aanbevolen vaccin echt nodig was, en werden ze sceptischer,’ vertelt Blume.
Een tweede reden voor groeiend wantrouwen, noemt Blume de veranderingen in de productie van vaccins. ‘De overheid maakt niet meer zelf de vaccins voor haar vaccinatieprogramma, maar deze worden nu door internationale farmaceutische bedrijven ontwikkeld, die hun productielijnen hebben verspreid over de wereld.' Decennialang was het maken van vaccins een taak van het in Bilthoven gevestigde RIV dat later het RIVM werd. In 2012 verkocht het kabinet de productiepoot echter aan een bedrijf in India. Het RIVM werd hierdoor alleen verantwoordelijk voor de inkoop, opslag en distributie van vaccins .‘Dit roept vragen op over de verantwoordelijkheid en waar het vaccin eigenlijk vandaan komt’, merkt Blume op. ‘Het systeem is minder transparant geworden. Sommige mensen verdenken Bill Gates er zelfs van het coronavirus te hebben verspreid voor zijn eigen agenda en vaccins te promoten voor eigen gewin. Mensen weten niet meer goed wie wat bepaalt, waardoor er zulke wilde ideeën kunnen ontstaan.’
Ook het politieke klimaat en de opkomst van rechts populisme speelden volgens Blume een rol in het groeiende wantrouwen tegen vaccins. Rechts populisme speelde op dit wantrouwen in, zaaide nog meer twijfels en wakkerde de onzekerheid verder aan. ‘Rechts radicale partijen trekken wetenschappelijke studies en instituten in twijfel en gaan mee in complottheorieën over de zittende elite die over het virus en vaccins zou liegen’, aldus Blume.
Blume ziet een groot verschil tussen hoe vaccins nu worden geïntroduceerd versus vroeger. ‘Veertig jaar geleden was openbare discussie een belangrijk middel voor de overheid om de bereidheid te polsen alvorens een vaccin te introduceren. In de laatste jaren is de internationale druk op de overheid veel groter geworden en lijkt er nauwelijks meer ruimte voor die maatschappelijke discussie die wel een belangrijke rol voor de acceptatie kan spelen.'Tegelijkertijd is dit momenteel ook wel begrijpelijk meent Blume, gezien de ongekende situatie waar we ons in bevinden. ‘Maar dat neemt niet weg dat transparantie over het vaccin, bijvoorbeeld ook over de contracten rond aansprakelijkheid, belangrijk is voor de acceptatie.’
Want dat we in een ongekende situatie zitten, dat is helder. ‘Er zijn nu tweehonderd vaccins in ontwikkeling. Er komt dus nog meer beschikbaar als meerdere vaccins worden toegelaten.’ Blume vindt het opvallend dat we vooral veel over de vaccins van Pfizer, Moderna en AstraZeneca horen, maar eigenlijk nauwelijks iets over de vaccins die in Rusland en China worden ontwikkeld. Terwijl ook die vaccins hun laatste fase zijn ingegaan. Zo schreef Blume in april in The Financial Times: ‘Dit gaat niet alleen over het redden van levens. Het gaat ook over macht, winst en nationale prestige. Vergelijk het met de ruimtewedloop: wie heeft als eerste een vaccin.’
‘Als coronavaccins worden toegelaten door overheden, is dat nog maar het begin’, stelt Blume. ‘Hoe ga je er vervolgens voor zorgen dat iedereen toegang heeft. Hoe voorkom je dat armere landen achteraan komen te staan? Wat doen we als er bijwerkingen optreden, wie is dan aansprakelijk? Hier in Nederland is dat misschien goed geregeld omdat we allemaal verzekerd zijn, maar iemand in Amerika die geen zorgverzekering heeft, wie draait daar voor mogelijke extra kosten op?’
Over de bereidheid van mensen zich te laten vaccineren maakt Blume zich uiteindelijk minder zorgen. ‘In Nederland zal dat zich vanzelf oplossen. We krijgen niet allemaal tegelijk een vaccin, dus mensen kunnen een beetje de kat uit de boom kijken. Als alles goed gaat, zal dat rust brengen. Dat tijd een rol kan spelen bewijst de vaccinatiegraad van het HPV-vaccin tegen baarmoederhalskanker. Na een lastige start gaat deze de laatste jaren alleen maar omhoog nu angstscenario’s van veel ouders niet zijn uitgekomen.’