12 mei 2020
Mobiliteit en autogebruik waren dagelijkse gewoonten waar we misschien niet veel over nadachten. Door de uitbraak van het coronavirus adviseerden of dwongen overheden wereldwijd hun burgers zo veel mogelijk thuis te werken. Dit bood een unieke kans te verkennen hoe een samenleving eruitziet die minder mobiel is, hoe mensen mobiliteit waarderen, en lessen te trekken voor een duurzamer mobiliteitssysteem. Mobiliteitsonderzoekers van de Universiteit van Amsterdam vatten de voorlopige eerste resultaten van hun onderzoek hiernaar samen.
De onderzoekers zetten in april 2020 een online enquête uit waarin mensen naar hun opvattingen en ervaringen over thuiswerken werd gevraagd als alternatief voor forenzen. Wat zien mensen als de voornaamste voor- en nadelen van thuiswerken? Missen ze de ervaring van het reizen naar werk? Verwachten ze meer thuis te blijven werken als de huidige restricties weer zijn opgeheven? De enquête is door 513 in Nederland woonachtige mensen ingevuld.
Zo zien we dat mensen de interactie met collega’s missen, maar ook thuiswerken zijn gaan waarderen:
De enquête levert ook meer inzicht in de intrinsieke waarde van mobiliteit. Zo geeft een ruime meerderheid van de respondenten aan dat ze aspecten van forenzen missen. Afhankelijk van het vervoermiddel waren dit bijvoorbeeld het genieten van de omgeving, de activiteit, naar muziek luisteren en het gevoel even alleen te zijn.
De respondenten die normaal gesproken met de auto naar hun werk reizen, misten het forenzen echter het minst: meer dan de helft miste niets van hun reis. Zij die de fiets pakken misten forenzen het meest: 92% van de fietsers miste in ieder geval enkele aspecten van de reis (zoals de activiteit en het genieten van de omgeving).
In de enquête is ook gevraagd wat mensen gaan doen wanneer de maatregelen worden opgeheven: bijna 40% wil weer terug naar de oude werksituatie, 41% van de respondenten is van plan meer thuis te gaan werken, maar een minderheid verwacht dat dit niet mogelijk zal zijn. Mensen die het forenzen missen, willen vaker terug naar hun oude werkpatronen, dan mensen die het forenzen niet missen.
De onderzoekers concluderen dat veel mensen de mogelijkheid van meer thuiswerken lijken te verwelkomen, maar dat met forenzen ook de gewaardeerde face-to-face interacties met collega’s komen en dat het forenzen zelf een intrinsieke waarde kan hebben, vooral voor fietsforenzen. De onderzoekers suggereren daarom een flexibel systeem dat het mogelijk maakt om vaker te forenzen met de fiets en te voet, gecombineerd met meer kansen voor thuiswerken (indien gewenst en mogelijk).
De onderzoekers benadrukken dat deze resultaten in het licht van de buitengewone omstandigheden van de coronacrisis moeten worden bekeken. Ze trekken geen definitieve conclusie, maar hopen een bijdrage te leveren aan de discussie over de transitie naar een minder auto-afhankelijke woon-werkmobiliteit.
In het tweede traject van dit onderzoek worden er vervolginterviews afgenomen met respondenten en verkennen en verdiepen de onderzoekers de uitkomsten verder.
Het onderzoek werd uitgevoerd door Ori Rubin, Anna Nikolaeva, Samuel Nello-Deakin en Marco te Brömmelstroet van de Afdeling Geografie, Planologie en Internationale Ontwikkeling aan de Universiteit van Amsterdam.