Gerrit stond bekend om zijn haast tomeloze energie en enthousiasme voor het vakgebied architectuurgeschiedenis en om zijn soms onnavolgbare associatievermogen. Zijn onderwijs over de geschiedenis van het bouwen en de monumentenzorg werd door veel studenten gewaardeerd. Gerrit was gul en soms zelfs onstuitbaar in het delen van zijn kennis.

Samen met Ben Rebel verzorgde hij een geheel nieuwe editie in meerdere delen van D’Ailly's Historische Gids van Amsterdam. Daarvoor werd de hele stad Amsterdam opnieuw grondig onder de loep genomen en dit werk heeft zeker bijgedragen aan de brede ontsluiting van de historische architectuur en stedenbouw van Amsterdam.

In de loop van de jaren keek Gerrit steeds meer buiten de muren van de academie en ontwikkelde hij zich meer en meer tot bouwhistoricus, een vakgebied waarover hij ook regelmatig publiceerde. Hij maakte deel uit van de redactie van het Maandblad en het Jaarboek Amstelodamum, van Binnenstad, het Cuypersbulletin en andere periodieken. Hij was betrokken bij Heemschut en de Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Gevelstenen en hij nam zitting in de Erfgoedcommissie Noord-Holland, het bestuur van Oud Enkhuizen, de Stichting Task Force Toekomst Kerkgebouwen en andere organisaties.

In de stad Enkhuizen bezocht en beschreef hij – meestal samen met Klaas Koeman – talloze panden, waarvan hij de rapporten trouw op zijn profielpagina publiceerde. Daarnaast was hij een vurig en succesvol pleitbezorger voor het behoud van kerkelijk erfgoed, waarover hij in het Maandblad Amstelodamum, het Cuypersbulletin en andere tijdschriften regelmatig verslag deed. Dankzij zijn acties zijn heel wat waardevolle gebouwen voor sloop behoed.

Na zijn pensionering zette Gerrit zijn al eerder begonnen onderzoek naar de Franse gotische architectuur met volle overgave voort, met de bedoeling daarover ook te gaan publiceren. De uitvoering van die plannen is op zondag 23 maart 2025 helaas tot een abrupt einde gekomen.

Lex Bosman en Gabri van Tussenbroek