Als student Scheikunde ben je veel bezig met practica, onder andere in het lab. Dit vind ik leuk. Sommige van mijn medestudenten vinden het labwerk spannend. Je werkt immers met gevaarlijke stoffen. Er zijn ook mensen die ontdekken dat ze theoretische chemie leuker vinden dan labwerk. Theoretische scheikundigen ontwikkelen theorieën en methoden voor het ontwerpen van moleculen en materialen.
In het labatorium had ik samen met medestudenten laatst een experiment gedaan. We hadden een bepaald oplosmiddel nodig. Maar die was er niet. Daarom gebruikten we een ander oplosmiddel. Maar die had een lager kookpunt en dan zou de scheikundige reactie niet werken. We moesten nadenken, samenwerken en oplossingsgericht werken. Dit leren we ook in de opleiding. We kwamen tot het idee om een waterbad te gebruiken voor ons oplosmiddel. Dit werkte, want we kregen hierna wel de scheikundige reactie die we wilden zien.
Ik vertel graag over mijn bachelor en het vakgebied scheikunde. Zo ben ik studentvoorlichter op evenementen voor studiekiezers. Ook doe ik samen met de afdeling Outreach van de UvA bètafaculteit op de Science Park campus diverse experimenten met leerlingen van basisscholen en middelbare scholen. Om hen te laten ervaren dat de wetenschap en scheikunde heel leuk is. Ik zie mezelf in de toekomst ook wel iets doen met scheikundige kennis overdragen aan anderen. Dit kan bijvoorbeeld als docent.
Ik heb gemerkt dat ik de synthese-vakken erg leuk vind. Die vakken horen bij de studierichting ‘Synthesis and Sustainability’. Binnen deze richting ben ik bezig met het samenvoegen van verschillende chemische verbindingen om een nieuwe stof te ontwikkelen met zijn eigen, unieke eigenschappen. Dit betekent veel labwerk. Ter verdieping ga ik na de bachelor de master Molecular Science volgen. Dit sluit aan op mijn interesses.