De uitgaven van de overheid worden betaald door belastingen van burgers en bedrijven. Maar hoe verdeel je die belastingen op een rechtvaardige manier? In dit vak gaan we in op de belastingheffing van burgers op arbeids- en vermogensinkomsten en op de rechtvaardiging daarvan.

Hoe krijg, bescherm of verlies je rechten over goederen? Denk bijvoorbeeld aan het kopen van een huis of een fiets. Goederenrecht gaat over de verhouding tussen personen en goederen. Hierbij staan we ook stil bij actuele thema's als circulair bouwen of teruggave van koloniale kunst.

In dit het unieke onderwijsprogramma oefen je in kleine groepen je vaardigheden met voorbeelden uit echte zaken. Je gebruikt de stof van de hoofdvakken die je in die periode volgt en leert veel over je rol als jurist.

Een persoon die zowel aandeelhouder als directeur is van een BV krijgt te maken met verschillende regelingen. Zo wordt dividend anders belast dan loon. In dit vak maak je kennis met de fiscale wet- en regelgeving die van belang zijn voor de directeur-grootaandeelhouder (DGA). De nadruk ligt daarbij op de inkomstenbelasting.

Mensen maken afspraken met elkaar. Iemand wil zijn huis verkopen, een baantje aannemen of juridisch advies inwinnen. In al deze gevallen sluit iemand een overeenkomst met een ander. En wie is er aansprakelijk voor schade als er iets misgaat? In dit vak werken we op verschillende manieren om het verbintenissenrecht echt goed te leren begrijpen.

Projectvak

Welke soort beslissingen mag de overheid (ook wel ‘het bestuur’) nemen en welke niet? Hoe komt de overheid aan zijn bevoegdheden en in hoeverre mag de overheid besturen door middel van het privaatrecht?

In het vak 'Materieel strafrecht' draait het om het bepalen welk gedrag strafbaar is. Wat maakt iets een strafbaar feit? Ook leer je meer over begrippen als poging en voorbereiding en medepleging en medeplichtigheid.

In dit het unieke onderwijsprogramma oefen je in kleine groepen je vaardigheden met voorbeelden uit echte zaken. Je gebruikt de stof van de hoofdvakken die je in die periode volgt en leert veel over je rol als jurist.

Er wordt voortgebouwd op de stof van de vakken 'Staats- en bestuursrecht' en 'Bestuursrecht'. Over rechtsbescherming en het bestuursprocesrecht komen in elk geval deze onderwerpen aan de orde: welke bestuursrechter is in welke gevallen bevoegd? En hoe is de bewijslast verdeeld tussen de overheid en de burger?

In dit vak wordt de kennis uit het vak 'Strafrecht' verdiept en verbreed. Je leert over het verloop van het strafproces vanaf het plegen van een strafbaar feit tot en met de mogelijke veroordeling en welke regels er in dit proces gevolgd moeten worden.

In dit vak maak je kennis met de manier waarop belasting geheven wordt en welke procesregels daarbij gelden. Het gaat daarbij over de rechten en plichten van belastingplichtigen en van de belastinginspecteur. In dit vak ga je vanuit een toegewezen ‘rol’ aan de slag met een casus.

Het recht van de Europese Unie (Unierecht) brengt rechten en plichten mee. Zowel staten als burgers hebben steeds vaker te maken met het Unierecht. In dit vak maak je kennis met het Europese recht voor particulieren, ondernemingen en staten. Aan de orde komen onder meer de fundamentele verkeersvrijheden.

Ondernemers hebben te maken met verschillende soorten belasting. Denk aan inkomstenbelasting over de winst en omzetbelasting (BTW) over de omzet. In dit vak maak je kennis met de Nederlandse Wet Inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de Omzetbelasting 1968 en bespreken we de fiscale positie van een ondernemer, de verschillende ondernemingsvormen en de duiding van het begrip ‘winst’.

Wat is het recht, en hoe zou het recht eruit moeten zien? Met deze vraag maak je kennis vanuit filosofische invalshoek Je maakt kennis met theorieën uit de rechtsfilosofie en rechtstheorie. Het doel is dat je wordt uitgedaagd om een eigen, kritische visie op het recht te ontwikkelen, met als basisideeën, begrippen en argumenten uit de literatuur.

Over de winst van een NV of BV wordt vennootschapsbelasting geheven. In dit vak maak je kennis met de Nederlandse Wet op de Vennootschapsbelasting. We bespreken met name de fiscale positie van het midden- en kleinbedrijf (MKB). Ook wordt aandacht besteed aan de bepaalde antimisbruikmaatregelen en maatschappelijke vraagstukken over de winstbelastingheffing.

De Nederlandse fiscale wetgeving moet in lijn zijn met het recht van de Europese Unie (Unierecht). In dit vak maak je kennis met het Europese belastingrecht voor particulieren, ondernemingen en staten. Aan de orde komen onder meer de fundamentele verkeersvrijheden, het verbod op fiscale staatssteun en het leerstuk van het verbod op misbruik van Unierecht.

Nederland heeft ook in internationale situaties belasting van personen en ondernemingen. In dit vak bespreken we het Nederlandse Internationaal Belastingrecht en de relevantie voor particulieren, ondernemingen en staten. Aan de orde komen onder de belastingverdragen ter voorkoming van dubbele belasting en de beperking van belastingontwijking door grote ondernemingen.

Met het vak 'Burgerlijk procesrecht' bouw je kennis op over de bijzondere functie van overheidsrechtspraak in het systeem van oplossingen van geschillen. Wat wordt er bepaald over de manier van de geldvordering? Welke belangen spelen een rol in het procesrecht en hoe worden die tegen elkaar afgewogen? Wat is de werking van een rechterlijke uitspraak in de praktijk?

Het ondernemingsrecht gaat in op de rechtsvormen die er bestaan voor bedrijven. Welke rechtsvormen zijn er? Waarin onderscheiden ze zich en welke gevolgen heeft de keuze voor een bepaalde rechtsvorm voor de oprichting, vertegenwoordiging en mogelijke aansprakelijkheid van de betrokken personen?

De bachelorscriptie is de afsluiting van je bacheloropleiding. Het vak bestaat uit het schrijven van een wetenschappelijk werkstuk, waarbij gebruik wordt gemaakt van in voorgaande jaren verworven onderzoeks- en schrijfvaardigheden. Het vak wordt zowel in het 1e als het 2e semester gegeven.

Fundamentele rechten gaat over de grondrechtelijke vraagstukken die voor alle hoofdgebieden van het recht gelden.

Aan vrijwel alle (juridische) feiten zijn fiscale gevolgen verbonden. In dit vak bespreken we enkele voorbeelden van interactie tussen fiscale wetgeving en de (bedrijfs)economie, het privaat- en/of het publiekrecht.