Voor mijn promotieonderzoek onderzocht ik verschillende manieren om burgerschapscompetenties te meten. Als onderdeel daarvan ontwikkelde ik een set rubrics voor het beoordelen van burgerschapscompetenties van leerlingen.
Het gaat om drie rubrics: over democratisch handelen, maatschappelijk verantwoord handelen en omgaan met verschillen. Elk van de rubric bestaat uit drie onderdelen - kennis, houding en vaardigheid - die omschreven worden op vier niveaus. Zo ontstaat een tabel met 12 cellen, waarin elke cel beoogt te beschrijven hoe het beheersingsniveau van de leerling of student in de praktijk zichtbaar zou kunnen zijn.
Tijdens mij promotieonderzoek heb ik deze rubrics met verschillende groepen leerlingen en studenten in het vo en mbo besproken. Daaruit kwam naar voren dat met name leerlingen in de onderbouw van het vo het erg lastig vonden om op deze manier over hun eigen competenties na te denken. Leerlingen in bovenbouw vo en studenten in het mbo lukte dat beter, al bleef het ook voor hen vaak een lastige opdracht. In mijn proefschrift ga ik onder andere in op het gebruik van rubrics en mogelijke voor- en nadelen.
Voor docenten en anderen in de school die met de rubrics willen werken, is mijn advies kort samengevat dat de rubrics met name interessante aanknopingspunten bieden om inzicht te krijgen in de houdingen van leerlingen. Het werken aan rubrics is nooit 'af', maar hieronder vindt u de laatste versie van de rubrics. Ik moedig docenten en scholen van harte aan om hier gebruik van te maken op een manier die zij nuttig vinden. Mocht dat leiden tot interessante toepassingen of aanknopingspunten voor (wetenschappelijk) onderzoek, hoor ik daar graag meer over.