Faculteiten, afdelingen, (onderzoeks)instituten, leerstoelen en vakgroepen maken allemaal deel uit van de UvA-organisatie. Ondanks het feit dat zij niet altijd een naam hebben die direct herleidbaar is tot de UvA (bijvoorbeeld: Van ’t Hoff Institute for Molecular Sciences, Instituut voor Informatierecht, de Spinozaleerstoel), vallen zij onder het UvA-concern en moeten zij daarom verplicht gebruikmaken van de UvA-huisstijl. De specifieke naam van de afzender kan op de daarvoor bestemde plek onder het UvA-logo worden ingevuld. Het gebruik van eigen logo’s is niet toegestaan.
In deze categorie vallen de ondernemingen uit de UvA-Holding, de onafhankelijke stichtingen en verenigingen die door de UvA gesubsidieerd worden. Voor deze groepen vervalt het woordmerk naast het beeldmerk. Zij mogen bij akkoord van het College van Bestuur het beeldmerk gebruiken, aangevuld met hun eigen bedrijfsnaam. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting in de logo’s van de AUV en het AUF.
Wanneer de UvA een samenwerking aangaat met één andere organisatie, dan kan afhankelijk van de aard van de samenwerking gekozen worden uit drie opties:
Wanneer de UvA deelneemt aan een project met meerdere partijen, of in een consortium, wordt het UvA-logo geplaatst binnen de huisstijl van het desbetreffende project of consortium, die in dat geval leidend is. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de deelname aan de netwerken LERU en U21, of bij het symposium Kennis voor de stad.