Over de leerstoel

Het gebruik van digitale media is de laatste jaren explosief gegroeid. Vooral jongeren zijn grootgebruikers van digitale technologieën als Youtube, Facebook en Instagram. Patti Valkenburg  richt zich op de turbulente veranderingen in het digitale medialandschap en de implicaties hiervan voor individu en samenleving.

Om de gevolgen van de veranderingen in het hedendaagse medialandschap te begrijpen is een monodisciplinaire benadering ontoereikend. Daarom kenmerkt haar onderzoek zich door een oriëntatie vanuit verschillende wetenschappelijke disciplines, waaronder de psychologie, pedagogiek en communicatiewetenschap.  

Over Patti Valkenburg

Prof. dr. Patti M. Valkenburg (1958) is sinds 1998 hoogleraar Jeugd en Media aan de UvA. In 2011 werd zij benoemd tot faculteitshoogleraar aan de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen van de UvA. Ze is oprichter en wetenschappelijk directeur van het Center for Research on Children, Adolescents and the Media (CcaM). In 2003 ontving zij een Vici-subsidie van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en in 2009 een Advanced Grant van de European Research Council (ERC). In 2011 werd de prestigieuze Spinozapremie van NWO toegekend. Het ministerie van OCW kende in 2012 een Zwaartekrachtsubsidie van 27,6 miljoen euro toe aan het onderzoeksproject Individual development: Why some children thrive, and others don’t, een nationaal samenwerkingsverband waarvan zij een van de vijf hoofdonderzoekers is. Patti Valkenburg is lid van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen (KNAW).

Valkenburg onderzoekt theorieën die de cognitieve, emotionele en sociale effecten van media verklaren. Vorig jaar maakte het wetenschappelijke tijdschrift Communication Education bekend dat zij de meest productieve communicatiewetenschapper van Europa is.

Ze heeft het vakgebied Jeugd en Media bij de UvA opgezet en ontwikkeld. Onder haar leiding groeide het onderzoekscentrum CcaM uit tot het grootste in zijn soort wereldwijd. Als universiteitshoogleraar streeft zij naar een verdere uitbreiding van de interdisciplinaire oriëntatie en de internationale wetenschappelijke rol van het CcaM.