‘Het vak is opgezet als een pop-up consultancy company waarbij de docenten als senior adviseurs samenwerken met de studenten als junior adviseurs’, vertelt Frank Cornelissen, hoogleraar Innovatie in het Onderwijs, en coördinator van het vak Learning and Innovating in Organisations. In teams werken de studenten twaalf weken lang samen met een docent aan een echte opdracht die door een organisatie uit de profit- of non-profitsector is verstrekt. Na die periode presenteren de studenten hun advies en aanbevelingen aan de organisatie.
Tijdens het vak is er ook ruimte voor verdieping aan de hand van deep dives in een bepaald onderwerp zoals verandermanagement of de vraag wat precies een leeromgeving is. Daardoor krijgen studenten ook een meer theoretisch perspectief te zien, dat ze weer kunnen gebruiken voor hun opdracht.
Frank Cornelissen: ‘Wat ik zelf mooi vind, is hoe de houding van studenten verandert zodra ze dit vak volgen. Sommigen komen afwachtend binnen, als een consument: “geef jij maar les, dan luister ik”. Nu moeten ze juist zelf aan de slag. Dat zorgt ervoor dat ze binnen mum van tijd heel zelfstandig worden en verantwoordelijkheid nemen. Ze hebben een echte opdracht, met echte verwachtingen van een opdrachtgever. Er gebeuren dus ook echte dingen die je in de adviespraktijk ook tegenkomt.’
Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) beschikt over een kennisportaal dat niet helemaal aansluit bij de wensen van de zogeheten ketenpartners.
In het portaal staat informatie over bijvoorbeeld procedures, wapensporen en DNA-onderzoek. Niet alleen NFI-medewerkers hebben toegang tot het portaal, maar ook zogeheten ketenpartners zoals het Openbaar Ministerie, rechtbanken en politie. Docent Bas de Jong: ‘Alleen al op het gebied van DNA gaan de ontwikkelingen razendsnel; die informatie moet dus vaak up-to-date worden gemaakt. Alleen komt dat bovenop het andere werk van de medewerkers van het instituut.’
De studenten interviewden negen medewerkers van het NFI – zelf had het instituut al informatie opgehaald bij de ketenpartners. Aan de hand van deze informatie deden de studenten een aantal belangrijke aanbevelingen, zoals het aanstellen van een medewerker die ervoor zorgt dat de informatie up-to-date is, en het opzetten van een heldere rechtenstructuur – wie mag welke informatie inzien? Twee andere belangrijke aanbevelingen: zorg voor een goede vindbaarheid en zichtbaarheid van het portaal én geef medewerkers tijd om informatie goed in het portaal te zetten.