For best experience please turn on javascript and use a modern browser!
You are using a browser that is no longer supported by Microsoft. Please upgrade your browser. The site may not present itself correctly if you continue browsing.
Om écht schoon water te bereiken, moeten we ook kijken naar wat zich op de bodem afspeelt. Want schadelijke stoffen zetten zich in sediment vast en verslechteren het ecosysteem. Zo stelt bioloog Nienke Wieringa die de bodemkwaliteit van Nederlandse sloten onderzocht. Ze stelt dat de nadelige effecten van vervuilde waterbodems vrij ernstig zijn en pleit voor verplichte monitoring net als deze al van water zelf gebeurt.

Waterkwaliteit is een veelbesproken onderwerp. Overheden en waterschappen steken veel energie in het meten van de waterkwaliteit, maar sediment – de laag bodemmateriaal waarin verontreinigingen zich ophopen – wordt nauwelijks meegenomen. Dat is volgens Wieringa zorgwekkend: ‘Schadelijke stoffen die voor korte of lange tijd hier vastzitten hebben effect op het leven in en op het sediment en tasten de waterkwaliteit aan als de stoffen weer vrijkomen in het water.’

Levende organismen en sedimentmonsters

Wieringa onderzocht de impact van sediment op het waterecosysteem in sloten verspreid over heel Nederland. Een belangrijke techniek was de zogenaamde bioassay, een test waarbij levende organismen zoals dansmuglarven in contact worden gebracht met sedimentmonsters. ‘Door zo’n bioassay zie je welk effect een vervuilde omgeving op de ontwikkeling en overleving van organismen heeft. Het meet de daadwerkelijke invloed van schadelijke stoffen op het leven in de waterbodem.’

Een realistischer beeld van de werkelijke impact

Wieringa nam een aantal stappen om de bioassay nog beter uit te voeren. Zo verzamelde ze bodemlagen in zijn geheel door deze met een soort koker uit de sloot te halen. ‘Schadelijke stoffen kunnen zich in verschillende lagen vastzetten. Door de gelaagdheid van het sediment precies zo te houden als in het veld wordt de test veel realistischer’, licht Wieringa toe.

Ook gebruikte ze speciale technieken om concentraties van stoffen te meten die organismen daadwerkelijk opnemen. ‘Niet alle vervuilende stoffen in sediment zijn namelijk direct schadelijk. Sommige blijven opgesloten in de bodem en komen niet makkelijk vrij.’ En ze ontwikkelde een methode om een specifieke groep vervuilende stoffen te isoleren en hiermee gericht een bioassay uit te voeren. ‘Zo kon ik vaststellen of de effecten die ik vond echt door verontreiniging kwamen en niet door andere factoren.’

Tot slot testte Wieringa of andere soorten organismen, met verschillende gevoeligheden voor verontreiniging, ook bruikbaar waren. ‘Vaak worden maar een paar diersoorten gebruikt in sedimentonderzoek, zoals wormen of muggenlarven. Door ook naar andere soorten te kijken, kreeg ik een completer beeld van de impact van sedimentvervuiling op verschillende organismen.’

Waterbodem speelt grote rol

Wieringa concludeert dat de waterbodem een grote rol speelt in de ecologische gezondheid van Nederlandse sloten. ‘De nadelige effecten van vervuilde waterbodems zijn vrij ernstig’, stelt ze. ‘Ze zijn schadelijk voor dieren en planten die in het water leven, zelfs op plekken waar het water zelf niet vervuild leek.’

Het niet halen van waterkwaliteitsdoelen zou volgens Wieringa, zeker voor een deel kunnen komen door vervuilde waterbodems. ‘Als we bij waterkwaliteitscontroles niet naar sediment kijken, blijft een cruciale factor buiten beeld.’ Ze pleit er daarom voor dat sedimentmonitoring niet langer vrijblijvend is, maar een verplichting net als de monitoring van het water zelf. Haar onderzoek draagt bij aan het verbeteren van de meetinstrumenten hiervoor.

Details proefschrift

Nienke Wieringa, 2025, 'Mud matters. The significance of effect-based sediment quality assessment'. Promotoren: prof. dr. M.H.S. Kraak en prof. dr. ir. P.F.M. Verdonschot. Copromotoren: dr. S.T.J. Droge en dr. T.L. ter Laak.

Tijd en locatie

Vrijdag 14 maart, 11.00-12.30, Aula, Amsterdam

N. (Nienke) Wieringa MSc

Faculty of Science

Institute for Biodiversity and Ecosystem Dynamics