For best experience please turn on javascript and use a modern browser!
You are using a browser that is no longer supported by Microsoft. Please upgrade your browser. The site may not present itself correctly if you continue browsing.
In de wetgeving wordt steeds meer nadruk op autonomie gelegd en minder op delen, constateert onderzoeker familierecht Bregje Dijksterhuis. ‘De wetgeving lijkt de financiële ongelijkheid tussen partners na een scheiding te versterken.’

Dijksterhuis is ruim 4 maanden onderweg als universitair docent bij de UvA, waar ze zich heeft aangesloten bij de afdeling Privaatrecht. Ze specialiseert zich in het familierecht ‘in de brede zin van het woord’, legt ze uit. ‘Ik kijk niet alleen naar de regels binnen het familierecht, maar ook hoe ze tot stand komen en hoe ze uitwerken op de samenleving.’

Scheidingen

Zaken als alimentatie, online scheidingsplatforms, afstandsmoeders en de financiële positie van partners na een scheiding interesseren Dijksterhuis. Zeker op dat laatste terrein zijn veranderingen gaande. ‘De partneralimentatie is net gekort. De standaard is nu dat je minder deelt. Het is heel interessant dat er in de wetgeving steeds meer nadruk op autonomie komt te liggen en minder op delen. Het idee is dat je voor jezelf moet kunnen zorgen, maar in de praktijk zie je dat de partner die voor de kinderen zorgt na de scheiding een enorme duik in koopkracht maakt. Dat wordt nu niet gecompenseerd door wetgeving. Mensen moeten dan gebruikmaken van bijstand en andere sociale voorzieningen.’

Zolang mensen getrouwd zijn zien ze het verlies van zelfredzaamheid zelf niet als probleem

Welke rol speelt de academische gemeenschap in dat verhaal? Wordt de problematiek bijvoorbeeld wel goed geagendeerd? Dit zijn vragen waar onderzoeker Dijksterhuis zich mee bezighoudt. ‘Er wordt op veel terreinen over deze problematiek geschreven, maar dat komt niet altijd bij beleidsmakers terecht. Op de een of andere manier stagneert de vertaalslag.’

Het kan volgens Dijksterhuis ook te maken hebben met emancipatie. ‘De vraag is dan: hoe verdelen partners de financiën én welke rol speelt wetgeving hierin. De wetgeving lijkt de problematiek te versterken door de sterke nadruk op autonomie en zelfredzaamheid. Maar ik vraag me daarbij ook af in hoeverre de wet gedrag moet corrigeren. Het is interessant hoe dat in relaties gaat, want zolang mensen getrouwd zijn zien ze het verlies van zelfredzaamheid zelf niet als probleem. Moet je het gedrag van mensen dan wel willen sturen? Ik ben geen beleidsmaker, maar ik leg de problemen die zich voordoen wel op tafel.’

Plan Integraal Privaatrecht

De algemene deler van de onderzoeksthema’s van Dijksterhuis is dat het altijd gaat over grote, vaak kwetsbare groepen mensen. ‘Je kunt op deze thema’s echt het verschil maken. Hoe kom je tot sociale rechtvaardigheid als er grote economische machtsverschillen zijn tussen bijvoorbeeld mensen in een gezin?’

Dit soort vragen sluit ook goed aan bij het Plan Integraal Privaatrecht dat bij onderzoeksinstituut Amsterdam Centre for Transformative Law (ACT) op poten wordt gezet. ‘Het idee is om het onderzoek dat we hier doen dichter bij de praktijk te brengen. Welke rol kan het privaatrecht spelen bij het oplossen van de grote maatschappelijke thema’s van deze tijd, zoals het klimaat, binnen het familierecht en het ondernemingsrecht?’, legt Dijksterhuis uit. ‘De nadruk lag bij ACT erg op methode en theorie, terwijl het in het onderwijs of bij de Vrouwenrechtswinkel waar ik cursussen geef ook veel gaat over bijvoorbeeld alimentatiezaken. De aansluiting tussen onderwijs en onderzoek moest beter en de mensen die wél al onderzoek deden naar dit soort thema’s worden straks beter ingebed.’

Dijksterhuis zelf wordt kartrekker van 1 van de 3 thema’s binnen het nieuwe plan. ‘Ik ben trekker van de pijler Relaties. Dat gaat bijvoorbeeld over contracten rond het draagmoederschap en de zorgplichten van ondernemingen en hun bestuurders. Ik ben nu in gesprek met andere onderzoekers over welke rol zij binnen de pijler Relaties kunnen vervullen. Mijn eigen onderzoek blijf ik daarnaast ook doen. Daarbij hou ik van juridisch complexe thema’s, maar een onderwerp moet wel een grote groep mensen in de praktijk aangaan.’

Dr B.M. (Bregje) Dijksterhuis

Faculty of Law

Dep. Private Law