11 juni 2024
Korte animatievideo’s kunnen een goede manier zijn om ingewikkelde onderwerpen als kanker en kankerbestrijding uit te leggen aan een breed publiek. Veel professionele organisaties laten daarom zulke video’s maken en publiceren die bijvoorbeeld op YouTube. ‘In de animaties wordt veelvuldig gebruik gemaakt van metaforen, een vorm van beeldspraak waarin een figuurlijke vergelijking wordt gemaakt’, vertelt Forceville. ‘Er is veel onderzoek gedaan naar metaforen in de uitleg over kanker, maar dat betreft vooral geschreven en gesproken taal. Wij hebben nu gekeken naar metaforen in audiovisuele taal, in animatievideo’s over kanker.’
Uit eerder onderzoek is bekend dat twee metaforen domineren in geschreven en gesproken taal: de strijd- en de reismetafoor. Bij de eerste wordt omgaan met kanker verbeeld als strijd, zoals in uitdrukkingen als ‘het gevecht tegen kanker’, ‘kanker dringt het lichaam binnen’, ‘een leger van cellen’ en ‘kanker verslaan’. De tweede maakt de vergelijking met een reis: ‘de weg naar genezing’, ‘een grote stap voorwaarts in het kankeronderzoek’ en ‘het pad effenen voor betere kankerbehandelingen’.
Gebraad en Forceville onderzochten welke metaforen in de animaties worden ingezet. Zijn dat ook de strijd- en reismetafoor? En zijn die wel geschikt? De onderzoekers bestudeerden dertig animaties en zagen dat de strijd-metafoor ook in visuele taal de boventoon voert. En in meer dan de helft van de video’s werd de ‘vijand’ gevisualiseerd door kankercellen af te beelden als monsters (figuur 1). Het woord ‘monster’ komt echter in geen van de onderzochte video’s voor in de voice-overteksten.
Het veelvuldig presenteren van een ‘strijd’ tegen het ‘kankermonster’ kan allicht pijnlijk en deprimerend werken, stellen de onderzoekers. Forceville: ‘Had de kankerpatiënt die het niet overleefde, dan soms harder moeten vechten?’
De onderzoekers kwamen de reismetafoor (figuur 2) weinig tegen in de animaties. ‘Dat is opvallend. Die metafoor biedt immers veel verschillende mogelijkheden, zoals: er zijn verschillende wegen en rustpunten die genomen kunnen worden tijdens en rond de behandeling, je kunt wind mee hebben of tegen en de kankerpatiënt krijgt steun van medereizigers – dokters, familieleden, vrienden. De reismetafoor kan hierdoor hoopvoller zijn dan de strijdmetafoor. Ook kan het ongeneeslijk zieke patiënten mogelijk beter helpen zich te verzoenen met hun lot’, aldus Forceville.
‘Er zijn aanwijzingen uit onderzoek dat patiënten zich beter begrepen voelen als artsen en anderen dezelfde metaforen gebruiken als zijzelf. We pleiten er dan ook voor dat oncologen en makers van animaties bewuster reflecteren op hoe zij de ziekte kanker in animaties presenteren aan een breder publiek’, zegt Forceville tot besluit.
Nina Gebraad en Charles Forceville: ‘Facing cancer: metaphors in medical animation films’, in: Visual Communication (2024). https://doi.org/10.1177/14703572241229061
Het onderzoek bouwt voort op de afstudeerscriptie van Nina Gebraad in de duale master Documentaire & Fictie (Mediastudies).
Zie ook:
Cun Zhang en Charles Forceville: ‘Metaphor and metonymy in Chinese and American political cartoons (2018–2019) about the Sino-US trade conflict’, in: Pragmatics & Cognition (2020). https://doi.org/10.1075/pc.20013.zha
Charles Forceville en Sissy Paling: ‘The metaphorical representation of depression in short, wordless animation films’, in: Visual Communication (2018). https://doi.org/10.1177/1470357218797994