5 januari 2021
Professionals in de jeugdbescherming moeten vaak moeilijke beslissingen nemen om kinderen te beschermen. Een belangrijke eerste stap in de besluitvorming is vaststellen of een kind in direct gevaar is en of direct handelen nodig is om het kind veilig te stellen, bijvoorbeeld door veiligheidsafspraken te maken of in het uiterste geval door een kind uit huis te plaatsen. Vervolgens moet een risicotaxatie worden gedaan, waarmee een inschatting wordt gemaakt van de veiligheid van het kind in de toekomst en welke factoren hier van invloed op zijn. Op basis hiervan kan worden besloten tot het al dan niet inzetten van risico-gestuurde zorg, dat per gezin heel verschillend kan zijn. Deze zorg kan gericht zijn op de aanpak van verschillende risicofactoren, waaronder verslavingsproblematiek van ouders, sociale isolatie van het gezin of problemen tussen ouders.
De behoefte aan instrumenten voor veiligheids- en risicotaxatie is groot, maar het aanbod is slechts beperkt. Bovendien zijn beschikbare instrumenten vaak ingewikkeld om af te nemen en laten instrumenten de eindconclusie vaak over aan de professional, wat ten koste gaat van de betrouwbaarheid en validiteit van deze instrumenten. Forensisch orthopedagogen van de UvA ontwikkelden – in samenwerking met Jeugdbescherming Regio Amsterdam – een aantal jaar geleden de ARIJ (Actuarieel Risicotaxatie Instrument voor Jeugdbescherming). ‘De veiligheids- en risicotaxatie van ARIJ werden al snel ook breder binnen de jeugdzorg gebruikt vanwege de vele voordelen ervan, waaronder het feit dat beide taxatie-instrumenten concrete conclusies geven over veiligheid en risico’s’, vertelt Vial. ‘Maar de instrumenten waren in principe gemaakt voor gebruik bij specifiek de populatie van Jeugdbescherming. Tijd dus voor een doorontwikkeling van de ARIJ, wat voorafgegaan werd door uitgebreid onderzoek naar de validiteit en betrouwbaarheid.’
Bij kindermishandeling is meestal sprake van een opeenstapeling van risicofactoren die verband houden met de directe of bredere context van een kind. Risicofactoren zijn bijvoorbeeld drugsmisbruik en geestelijke gezondheidsproblemen bij ouders, en armoede. Vial maakte de ARIJ-Veiligheidstaxatie vollediger door meer aspecten van directe kindonveiligheid in kaart te brengen en toe te voegen aan het instrument. Ook aan de ARIJ-Risicotaxatie voegde zij factoren toe, en zij verbeterde de risicoberekening en maakte het instrument gemakkelijker in het gebruik. Het instrument sluit nu veel beter aan op de gehele populatie in de jeugdzorg en is daarmee breed toepasbaar in het hele zorgspectrum – van jeugdbescherming en wijkteams tot aan jeugdhulp en jeugd-GGZ.
Vial onderzocht ook de zogenoemde concurrente validiteit van de ARIJ-Veiligheidstaxatie door de uitkomsten van de ARIJ te vergelijken met veiligheidstaxaties van expertpanels. De conclusies van de ARIJ-Veiligheidstaxaties kwamen grotendeels overeen met de conclusies van de expertpanels. Gemiddeld gezien werden de kinderen in voorgelegde casussen iets vaker als direct onveilig beoordeeld in taxaties van de ARIJ dan in taxaties van de experts. Daarnaast viel op dat sommige experts de tijd sinds het laatste veiligheidsincident en de chroniciteit van de kindonveiligheid zwaar lieten wegen in hun oordeel. Kinderen in gezinnen met chronische veiligheidsproblemen, werden hierdoor in de expertpanels minder vaak als direct onveilig beoordeeld dan in veiligheidstaxaties met de ARIJ. Verder wogen de experts in hun oordelen aspecten mee die meestal niet in veiligheidstaxatie-instrumenten gemeten worden, zoals het functioneren van het kind. Bij normaal functioneren van het kind werd de situatie soms als niet onveilig aangemerkt door de experts ondanks ernstige problemen in het gezin.
‘De bevindingen onderstrepen het belang van taxatie-instrumenten zoals de ARIJ om een situatie goed in kaart te brengen en een zorgvuldige afweging te kunnen maken. Uiteraard zijn taxatie-instrumenten ook niet onfeilbaar, maar het is altijd beter om zo’n instrument wel te gebruiken voor een veiligheids- en risicotaxatie’, zegt Vial tot besluit.
Het onderzoek is uitgevoerd met financiering van ZonMw. De ARIJ-Veiligheidstaxatie en Risicotaxatie zijn gratis te downloaden via www.expertisecentrumfortho.nl.
Annemiek Vial: Safety and Risk Assessment in Child Welfare. Moving Forward. Promotor is prof. dr. G.J.J.M. Stams; copromotoren zijn dr. C.E. van der Put en dr. M. Assink.
De promotie van Annemiek Vial vindt online plaats op dinsdag 12 januari, om 12.00 uur.