11 december 2024
De commissie was erg onder de indruk van de kwaliteitscultuur en de openheid die zij heeft ervaren in de gesprekken met medewerkers en studenten. De opzet en invulling van de Teaching & Learning Centres (TLC’s) noemde de commissievoorzitter, oud-rector van de Erasmus Universiteit Huibert Pols, een benchmark voor andere Nederlandse universiteiten. Datzelfde geldt voor het managementinformatiesysteem, al vindt het panel wel dat de UvA beter duiding zou kunnen geven aan al die kwantitatieve data. De commissie vindt het onderwijs aan de UvA erg studentgericht. Daar zou de UvA volgens de commissie best meer trots op mogen zijn.
Rector magnificus Peter-Paul Verbeek reageert opgetogen: ‘Dit is een heel mooi advies van de commissie aan de NVAO. Ik ben trots op alle collega’s en studenten die hebben meegewerkt aan de voorbereidingen voor de Instellingstoets. Bedankt!’
Als verbeterpunten noemde commissievoorzitter Pols het vele overleg over nieuw beleid: ‘Zet ook eens een punt in plaats van een komma.’ Ook vindt de commissie dat de samenhang tussen de onderwijsvisie, het instellingsplan en het beleid kan worden verbeterd. Er wordt binnen de UvA goed besproken hoe het gaat. Wat beter kan is het vastleggen en opvolgen van afspraken over verbetering. De UvA zou volgens de commissie ook nog eens goed moeten nadenken over mogelijkheden om de aantrekkelijkheid van de medezeggenschap te vergroten.
Tenslotte gaf de voorzitter van commissie aan dat dit advies nog niet betekent dat de UvA de Instellingstoets al heeft behaald. De commissie adviseert het NVAO-bestuur van de NVAO, die neemt een definitief besluit in het voorjaar 2025. Als het oordeel positief is mag de UvA de komende zes jaar al haar opleidingen laten accrediteren met een beperkt beoordelingskader. Dat vermindert de lastendruk van accreditaties.