Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Na een periode van informele gesprekken met behulp van mediation heeft de Centrale Studentenraad (CSR) besloten het formele overleg met het College van Bestuur (CvB) te hervatten.

In april dit jaar gaf de CSR aan geen vertrouwen meer te hebben in de samenwerking met het CvB, middels een vote of no confidence. Reden om het nu weer te hervatten zijn voor de CSR de tijdens en na de mediation gemaakte afspraken en de potentieel grote gevolgen van het uitstellen van de Instellingstoets (accreditatie).

Edith Hooge, voorzitter van het College van Bestuur: ‘Met behulp van mediation hebben we de afgelopen periode meerdere keren uitgebreid met de Centrale Studentenraad gesproken. Ik ben blij met het besluit van de CSR om het formele overleg weer te hervatten. Dit biedt een goede basis voor professionele medezeggenschap. De UvA heeft een goed werkende medezeggenschap nodig; inbreng en adviezen van studenten horen bij goed bestuur van de universiteit. Zeker de komende tijd: de UvA staat voor mogelijk grote bezuinigingen, de conceptbegroting is net gemaakt en de Instellingstoets Kwaliteitszorg komt eraan - dat zijn onderwerpen waar wij ook het geluid van studenten bij nodig hebben.’

Werkwijze

In de komende tijd bespreken het CvB en de CSR actuele onderwerpen, zoals de begroting, samenwerking met derden en huisregels. De concept-begroting is gemaakt en gedeeld met de academische gemeenschap en wordt op hoofdlijnen ter instemming aan de gezamenlijk vergadering voorgelegd; de CSR maakt onderdeel uit van de gezamenlijke vergadering. De UvA is momenteel bezig om het ethische kader voor samenwerking met derden te herzien en beter toepasbaar te maken op oorlogssituaties. De CSR heeft hierop adviesrecht. Op de huisregels heeft de CSR instemmingsrecht toegezegd gekregen.

In overleg met de CSR zal een gezamenlijke 'way of working' worden opgesteld. Dit omvat onder meer de structuur van (informele) overleggen, evaluatiemomenten en het zorgen voor een goede informatiestroom.