Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Wat kan een zeventiende-eeuws Chinees kamerscherm ons vertellen over hoe wij in deze tijd dachten over China? Heel veel, blijkt uit het promotie-onderzoek van Willemijn van Noord. Zij deed onderzoek naar de relatie tussen objecten en ideeën over China in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden tijdens de tweede helft van de zeventiende eeuw. Ze promoveerde op woensdag 19 juni aan de Universiteit van Amsterdam (UvA).
Een handgeschreven brief van Christiaan Huygens
De beroemde brief van Christiaan Huygens (Koninklijke Bibliotheek)

Van Noord: ‘Toen in de zestiende eeuw de contacten tussen Europa en China intensiever werden door net ontdekte overzeese handelsroutes, werden Chinese spullen wereldwijd verkrijgbaar. Door de trajecten van deze spullen te reconstrueren, onder meer met behulp van brieven uit die tijd, wordt duidelijk hoe de representatie van deze artefacten veranderde en wanneer en hoe noties van ‘Chineesheid’ werden benadrukt.’

Chinees lakscherm als luxe-product

Een van de objecten die Van Noord bestudeerde was een Chinees kamerscherm. Deze kwam in het bezit van de Engelse prinses Mary II Stuart (1662-1694) tijdens haar verblijf in Holland. Het kamerscherm was gelakt. Lak was in die tijd erg kostbaar en gewild. Het kamerscherm zelf bestaat niet meer, maar wel correspondentie erover. Zo schreef de beroemde dichter en diplomaat Constantijn Huygens (1596-1687) een brief aan de prinses over het lot van dit kamerscherm dat op de nominatie stond om uit elkaar gehaald te worden.

Een geschilderd portret van Maria Stuart
Portret van Maria Stuart, echtgenote van prins Willem III, Caspar Netscher, ca. 1683 (Rijksmuseum)
Een geschilderd portret van Constantijn Huygens
Portret van Constantijn Huygens (1596-1687), Caspar Netscher, 1672 (Rijksmuseum)

Wie schreef de vertaling?

Van Noord bestudeerde de beroemde brief: ‘Ik kom, in tegenstelling tot eerdere publicaties over deze brief, tot de conclusie dat Huygens volhoudt dat hij voor Mary een verzoek heeft vertaald vanuit het Chinees. Het verzoek van het Chinese volk is, volgens Huygens, om haar lakscherm met inscripties te redden. Maar, hij verklapte niet dat hij de vertaling had verzonnen.’

Van Noord vond verschillende bewijzen dat prinses Mary het lakscherm uiteindelijk toch heeft gedemonteerd en gebruikt om de wanden van het inmiddels gesloopte Huis Honselaarsdijk mee te bekleden. Zo sluit Huygens zijn laatste, Franse gedicht aan Mary (dat hij 3 maanden voor zijn dood schreef) af met woorden die vertaald kunnen worden als ‘als ik u niet heb kunnen plezieren […] en u me wilt ruïneren, behandel me dan zoals het Chinese scherm.’ Van Noord: ‘Daaruit  kunnen we opmaken dat het scherm inmiddels is ‘geruïneerd’.’

De ongebruikelijke opzet van de brief van Huygens waarin de dichter doet alsof hij namens het Chinese volk spreekt, werpt niet alleen licht op zijn kennis van en mening over China en zijn cultuur, maar ook op de manier waarop hij dacht dat het Chinese volk zijn eigen kunst en die van Europa beschouwde.

Een foto van een muur bedekt met versierde panelen
(vergelijkbaar) Lakkabinet, anoniem, voor 1695 (Rijksmuseum)

Gedemonteerd lakscherm

In brieven en gedichten die Huygens vervolgens aan Mary schrijft probeert hij de prinses te overtuigen het scherm niet te demonteren. Het demonteren van lakschermen gebeurde in die tijd vaker om de panelen te gebruiken voor het decoreren van muren van luxueuze kamers. Huygens wil dit voorkomen door de prinses meer informatie te geven over de Chinese cultuur. Hieruit blijkt dat de schrijver de Chinese cultuur bewondert en vindt dat haar kunstwerken met respect behandeld moet worden. Mary was het niet met hem eens.

Van Noord: ‘Hoewel het Chinese kamerscherm, maar ook de andere artefacten die ik bestudeerde zoals een spiegel, zelf verloren zijn gegaan, laat de overgebleven correspondentie zie hoe de eerste Europese ontmoetingen met Chinese artefacten een uitdaging opleverden voor de in Europa bestaande wereldbeelden en bijdroegen aan de transformatie ervan in de vroegmoderne periode (1450 – 1800).’

Huygens’ serieuze belangstelling voor een Chinees kunstwerk en zijn oprechte bekommernis om het lot ervan lijken zijn belangrijkste beweegredenen te zijn geweest om het risico te nemen tegen de prinses te liegen. Willemijn van Noord

Stem van het Chinese volk

De casestudy van het lakscherm laat zien hoe ontmoetingen tussen dit Chinese object en twee individuen uiteenlopende reacties opriepen waarbij verschillende opvattingen over China naar voren komen.

Van Noord: ‘Huygens’ serieuze belangstelling voor een Chinees kunstwerk en zijn oprechte bekommernis om het lot ervan lijken zijn belangrijkste beweegredenen te zijn geweest om het risico te nemen tegen de prinses te liegen. Door zich uit te geven als de stem van het Chinese volk kon hij veel kritischer zijn dan wanneer hij onder zijn eigen naam schreef.’

Chinees-ogende tegels

Van Noord bestudeerde voor haar promotie-onderzoek ook verschillende Nederlandse voorwerpen met Chinees-ogende versieringen, zoals blauwwitte wandtegels met afbeeldingen van Chinezen. ‘De zeldzame Chinese objecten zoals het kamerscherm hielpen een denkbeeldig China te materialiseren in de Republiek. De relatief onopvallende, minimalistisch versierde wandtegels laten zien hoe China deel ging uitmaken van een dagelijkse Nederlandse omgeving. Ze materialiseerden een nieuw soort ‘Nederlandsheid’.’