13 maart 2024
Een groeiende kloof tussen kiezers in bepaalde gebieden van een land kan grote implicaties hebben voor het functioneren van de democratie en voor de manier waarop burgers hun overheid legitimiteit toe bedienen. In de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2020 was een opvallend verschil van 40% te zien tussen de dichtste- en dunbevolkte plekken van de VS. Een verschil dat gepaard ging met onbehagen en ressentiment onder inwoners van dunbevolkte plekken richting ‘de elite’ en stadsbewoners in het algemeen.
In vergelijking met de VS, het Verenigd Koninkrijk en Canada, is de stad-platteland kloof in de meeste Europese landen nog relatief klein. Over het algemeen halen partijen in het politieke midden stemmen op uit beide gebieden. Maar ook hier is te zien dat steun voor nieuwere partijen zich vaak concentreert in een van de twee stedelijke of landelijke gebieden. Deze partijen leggen vaak de nadruk op culturele issues, en dit zijn precies de issues waar inwoners van stad en platteland het sterkst over van mening verschillen.
Al zijn Europese landen waar dit gebeurt nog niet te vergelijken met de VS en het Verenigd Koninkrijk. In Nederland is de geografische kloof bijvoorbeeld nog steeds relatief klein vergeleken met de kloof tussen opleidingsgroepen.Twan Huijsmans
Nederland is zowel in geografisch opzicht als qua politiek systeem zo ongeveer het tegenovergestelde van de VS en zou daarom gezien kunnen worden als een land waar de kloof niet zó snel, zó groot zal groeien. Toch zijn er ook hier sociaaleconomische, culturele en politieke verschillen tussen regio’s. Het onderzoek van Huijsmans laat zien dat plattelandsbewoners of inwoners in de grensstreek zich vaker genegeerd voelen door de politiek. Ook hebben ze vaker het idee dat hun waarden en levensstijl niet gerespecteerd wordt en dat er minder financiële middelen vanuit Den Haag naar hun gebied gaan.
Dit soort plaatsgebonden onbehagen kan omslaan in een negatief sentiment tegenover zogenoemde ‘outgroups’, zoals immigranten en etnische minderheden, en tegen politici en beleidsmakers. Huijsmans: ‘Om verschillen in houding tussen bewoners van verschillende gebieden te verklaren, moeten we goed kijken naar hoe bewoners hun eigen plaats in verhouding tot andere gebieden in Nederland zien. Daarbij gaat het niet alleen om sociaaleconomische maar ook om culturele en politieke verschillen. Het is belangrijk dat beleidsmakers zich er van verzekeren dat bewoners van heel Nederland zich vertegenwoordigd voelen door beleid en dat hun culturele waarden en gewoontes mee worden genomen in de ontwikkeling van nationaal beleid. Zo kunnen we het ontstaan van een kloof en verdere polarisatie voorkomen.’
Twan Huijsmans: Our Place in Politics: Urban rural political divergence and how place affects political attitudes. Promotoren zijn prof. dr. W. van der Brug en dr. B. Lancee. Copromotoren zijn prof. dr. S.L. de Lange en dr. E. Harteveld.
De promotie van Huijsmans vindt plaats op 21 maart, om 13.00 uur, in de Agnietenkapel.