17 juni 2022
‘Alle vijf de laureaten zijn zeer gedreven mensen met een grote passie voor hun werk en een groot hart voor de UvA en de universitaire gemeenschap’, vertelt Ten Dam. ‘Ze zetten altijd meer dan een stap extra: ze nemen initiatief en zijn vasthoudend. Op die manier hebben zij heel veel weten te bereiken voor de universiteit en daar zijn we hen erg dankbaar voor. Onze waardering maken we nu breed kenbaar door hen de UvA Erepenning toe te kennen.’
Guido de Wilde, manager Global Student Experience & Engagement bij Studenten Services
De Wilde brengt mensen samen, neemt initiatief en verlegt grenzen. Hij heeft zich in zijn werk met hoofd en hart verbonden aan de doelstellingen van de UvA. Door de inzet van De Wilde kon de UvA steeds als voorloper inspelen op trends in het kader van veranderende generaties studenten. Zo initieerde hij het Student Ambassador Programme bij de UvA, waarvoor hij van de Nuffic de Orange Carpet Award ontving. Ook is hij een uitmuntende trainer en ontwerper van nieuwe programma’s, met name op het gebied van ‘Cultural Competences’ en ‘Equity, Diversity & Inclusion’ (EDI). De Wilde is als geen ander in staat om belangen te verbinden – tussen studenten en onderwijsprogramma’s, tussen centrale afdelingen en faculteiten en tussen de UvA en haar partnerinstellingen wereldwijd. Dat liet hij ook zien tijdens de coronacrisis met een constructieve houding in een intensieve en moeilijke periode. Hij incasseerde teleurstelling en boosheid van grote aantallen studenten en bood ondersteuning bij het vinden van alternatieven. Dat De Wilde zo ontzettend succesvol is wat hij doet, komt mede doordat hij altijd over de hele linie studenten betrekt, hen kansen geeft – zonder daar voorwaarden aan te binden.
Peter Sloot, hoogleraar Complexe Adaptieve Systemen aan de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
Sloot is een van de belangrijkste aanjagers geweest van de interdisciplinaire visie op onderzoek aan de UvA en maakte school in zowel de Computational Sciences als de complexiteitswetenschappen. In de jaren negentig legde hij de kiem voor de internationaal erkende Amsterdamse school in de Computational Sciences. Hij was de drijvende kracht achter het Computational Science Lab bij het Instituut voor Informatica, de masteropleiding Computational Science, de toonaangevende International Conference for Computational Science, en het succesvolle Journal of Computational Science. Daarnaast spande hij zich binnen de UvA en ver daarbuiten op vele niveaus in om het onderzoek naar complexe systemen, als verbindende taal en methode in interdisciplinair onderzoek, verder te ontwikkelen en toe passen. Inmiddels heeft deze benadering op vele plekken binnen en buiten de UvA navolging gekregen. Een van Sloots meest indrukwekkende prestaties is de wijze waarop hij het Institute for Advanced Study (IAS) heeft geïnitieerd en als wetenschappelijk directeur tot een succes heeft weten te maken met interdisciplinair onderzoek, met de computationele en complexiteitswetenschappen aan de basis.
Annelies Dijkstra, afdelingshoofd van het Bureau van de Rector
Dijkstra is als eerste pedel al vele jaren een beeldbepalende functionaris, die een van de belangrijkste taken van de universiteit – het opleiden van wetenschappers – belichaamt bij de promotieplechtigheden waarin dat ceremonieel vorm krijgt. Met grote rust en natuurlijk gezag geeft ze invulling aan deze zichtbare kant van haar rol. De minder zichtbare kant vult zij echter nog indrukwekkender in: een promovendus is niet slechts een van honderden kandidaten die jaarlijks door haar naar een bul worden begeleid. Zij en haar team bekommeren zich met veel zorg en aandacht om iedere promovendus, en ook om iedere hoogleraar die in de Aula zijn of haar oratie of afscheidscollege houdt. Dijkstra waarborgt tradities, maar zorgt er tegelijkertijd voor dat deze meegaan met de veranderende tijden. Dat bleek uit hoe ze tijdens de coronacrisis opkwam voor de belangen van promovendi, die zo lang naar hun verdediging hadden toegewerkt, maar die in rook zagen opgaan door lockdowns. Dijkstra zocht naar manieren om geplande promoties zoveel mogelijk en zo inhoudsvol mogelijk door te laten gaan en zette daarbij haar vasthoudendheid en creativiteit in voor oplossingen. Dijkstra’s vermogen om er te staan als het echt moeilijk wordt, bleek eerder ook al toen zij de rol van hoofd van het Bureau van de Rector op zich nam en een nieuwe samenstelling creëerde, met een fantastisch oog voor de kwaliteiten van de medewerkers.
Hotze Mulder, oud-stafmedewerker Academische zaken aan de Faculteit der Geesteswetenschappen
Mulder is in verschillende functies en rollen vele jaren een grote steun geweest voor velen, niet alleen binnen ‘zijn’ faculteit, maar ook voor de UvA als geheel. Aan de Faculteit der Geesteswetenschappen was hij belast met alles wat te maken heeft met onderzoeksbeleid, zoals promoties, hoogleraarsbenoemingen en nieuwe leerstoelen, en voordrachten voor prijzen. Met zijn tomeloze inzet heeft hij vele onderzoekers bijgestaan en daarmee de positie van het onderzoek weten te versterken. Daarnaast kon de gehele universiteit profiteren van zijn diepgaande dossierkennis en kennis van processen. Zo was zijn expertise onmisbaar bij bijvoorbeeld de bijstelling van het promotiereglement en het ontwerp van UvA-beleid voor joint doctorates, maar ook in zijn rol als hoofd a.i. van de afdeling Academische Zaken. Vooral ook voor bestuurders is Mulder een uitermate waardevolle adviseur geweest, met een bijzonder talent om zich te kunnen verplaatsen in hun positie om van daaruit te adviseren, altijd met het UvA-belang voor ogen.
Peter Vonk, directeur Bureau Studentenartsen
Door de niet-aflatende inzet, creativiteit en doorzettingsvermogen van Vonk is de praktijk van de Studentenartsen in de afgelopen 35 jaar een vaste waarde geworden voor de UvA en studenten van de UvA. Vonk is echter niet alleen een bevlogen huisarts en directeur van Bureau Studentenartsen; hij was ook de drijvende kracht achter een groot aantal initiatieven om het welzijn van studenten te bevorderen. De mentale gezondheid van studenten heeft tegenwoordig volop de aandacht, maar Vonk zette het al jaren geleden op de agenda. Zo zorgde hij onder meer voor de introductie en succesvolle toepassing van E-health voor UvA-studenten en een studentengezondheidsportal, en hij was een van de initiatiefnemers van het UvA Care-programma voor studenten en promovendi. Een van zijn grootste wapenfeiten is de realisatie van het Gezondheidscentrum op het Roeterseiland. Met zijn aanstekelijke enthousiasme zette hij alles op alles om die droom te verwezenlijken, gedreven door zijn visie op de relatie tussen lichamelijk en geestelijk welzijn van studenten.
De Erepenning is bedoeld voor personen van alle functies, achtergronden en disciplines, afkomstig uit alle lagen van de UvA. Ook personen die geen dienstverband aan de UvA hebben, kunnen in aanmerking komen voor de Erepenning. De voordracht voor een Erepenning kan door iedere medewerker van de UvA worden gedaan. Op basis van de voordrachten adviseert de Commissie UvA Erepenningen, onder voorzitterschap van Agneta Fischer (decaan van Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen), het College van Bestuur over de toekenningen.