20 juli 2021
Van der Valk is internist-infectioloog en gespecialiseerd in de behandeling van hiv-infectie. Hij vindt het belangrijk dat er voortdurend aandacht blijft uitgaan naar hiv, in de breedste zin van het woord.
‘Hiv is zeker nog niet voorbij. Het aantal nieuwe hiv-gevallen in Nederland daalt gelukkig jaarlijks. Er gaat veel goed, maar we zijn er nog niet. We moeten meer aandacht hebben voor de dingen die niet goed gaan. Nog steeds wordt, zelfs in Nederland, vijftig procent van de mensen met hiv te laat gediagnosticeerd met alle gezondheidsschade van dien.’
Mensen met hiv worden steeds ouder en krijgen vaker te maken met chronische co-morbiditeit, dat wil zeggen dat er meerdere ziekten tegelijk optreden. Dat is een van de thema’s waar Van der Valk de komende jaren meer onderzoek naar wil doen, nationaal en internationaal. ‘Ik wil beter begrijpen welke mechanismen ten grondslag liggen aan het verhoogd voorkomen van chronische co-morbiditeit.’
Daarnaast wil hij het effect bestuderen van nieuwe behandelingen en zich richten op de introductie van nieuwe vormen van antiretrovirale therapie, zoals langwerkende medicatie, therapeutische vaccinaties en behandeling met neutraliserende antilichamen in Nederland.
Van der Valk wil vooral inzoomen op ‘waar het niet nog niet helemaal goed gaat in Nederland’. Er zijn nog steeds mensen die weten dat ze hiv hebben en die niet meer in zorg zijn, en mensen die wel in zorg zijn maar niet goed hun medicatie nemen waardoor het hiv zich kan blijven delen in het lichaam. Ook zijn er nog steeds mensen bij wie veel te laat de diagnose gesteld wordt.
‘Om werkelijk naar nul nieuwe hiv-infecties te komen in Nederland moeten dataverzameling, beleid, en voorlichting nóg beter op elkaar aansluiten,’ pleit Van der Valk. ‘Organisaties zoals Stichting HIV Monitoring spelen hierbij een belangrijke rol. Zij verzamelen en analyseren patiëntgegevens en leveren zo een belangrijke bijdrage aan het vroegtijdig signaleren van trends in de hiv-zorg. Organisaties zoals het RIVM, de Nederlandse hiv vereniging, Soa Aids Nederland gebruiken die informatie weer om doelgroepen effectief van informatie en voorlichting te voorzien.’
De toenemende digitalisering van zorg biedt kansen maar kent ook risico’s. Voor de toekomst heeft Van der Valk hiv-poli voor ogen waar de cliënt nog meer centraal staat, mentale en fysieke problemen eerder vroegtijdig gesignaleerd worden en de zorg verder is geoptimaliseerd. Dit is mogelijk door slim gebruik te maken van het elektronisch patiëntendossier waarin systematisch informatie over het welzijn van het individu verzameld wordt.
‘De hiv-populatie in Nederland is zeer divers, met een relatief hoog aandeel kwetsbare individuen. Voor hen is zorg-op-maat cruciaal. Voor deze mensen moeten we de zorg optimaliseren of zo nodig vernieuwen. Daarnaast is het zaak om uit te zoeken wat de impact is van de toenemende digitalisering van de zorg voor deze kwetsbare populaties.’ Maar ook hoe de zorg voor oudere hiv-patiënten beter kan, vindt Van der Valk. Het initiëren van dit soort interdisciplinaire klinische projecten is voor hem een speerpunt.